zaterdag, december 22, 2007

List-O-Mania once more (in 2007)

Al moe van het luisteren naar de Top 4000 bij Radio 10?

Zie je op tegen de Top 2000 bij Radio 2?

Misselijk van de Kerst Top 50 op Sky Radio?


Ik heb het eerder hier geschreven, waar zouden wij zijn zonder VPRO’s 3voor12?
Het kan dankzij 3voor12 nog net voor de Kerst. Luisteren naar iets nieuws, iets dat je dacht niet te willen kennen, of wat je gemist blijkt te hebben. Dat kan het muziek jaar misschien nog net goed maken? Of zelfs nog beter!

Snel luisteren is dan ook mijn devies. Hier ‘op’ de Luisterpaal. Maar die blijft niet eeuwig.
Kijk hoe de lijst van 12 tot stand is gekomen. En verbaas je met mij. Over het ontbreken van:

Robert Wyatt – Comicopera
Kevin Ayers – the Unfairground
Editors – An end has a start
!!! – Myth tales
Interpol – Our love to admire
Young Marble Giants Reissue!!
John Cale – Circus

Wat de 3voor12 lijst betreft, grote twijfel over M.I.A. en twijfel over Radiohead. Verder goed mee verder te leven, vooral met de nummer 1.

Enjoy!

vrijdag, december 14, 2007

List-O-mania-time again

Aahhhh december. Het terugblikken op het muziekjaar 2007. De Engelse bladen zijn altijd extreem vroeg omdat de januari nummers al eind november verschijnen. Nederland hangt meer naar het eind van de maand december en dat is goed omdat de afspiegeling dan zo getwrouw mogelijk kan zijn.
Wat betreft de Nederlandse lijsten die er toe doen trapt VPRO's 3voor12 af. Met de top 100 "Song van het jaar 2007", samengesteld door de luisteraars, en de De Eenentwintig: het beste uit de 7even van 2007.
Het loont. Kennisnemen van deze overzichten. Althans voor mij wel. Hoewel veel bekend is of voorkomt, heb ik het toch voor elkaar gekregen om de nummer 1 van de 21 - Justice - volledig aan mij voorbij te laten gaan. Kennelijk heel onterecht. Dat kan nu dus mooi worden ingelopen.

Beste lezers en lijstjes liefhebbers, volg mijn voorbeeld en check snel of je wat gemist hebt. Je weet immers: niets is zeker.

Enjoy!

donderdag, december 13, 2007

Bright clean fun

In het kader van "gadget mania" is Bright, op het net en in print, een gekend startpunt.

Van de makers van Bright, is er vanaf nu ook Bright.tv, met eigen formats, favoriete webfilms van de redactie én selecties van kijkers en bezoekers. Bright.TV onderscheidt zich door beeldformaat en -kwaliteit, vormgeving en kijkersbeleving. Bright.TV gaat over vernuft, innovatie en creativiteit en is te zien op http://www.bright.tv/.

Het basisontwerp voor Bright.TV is van het Spaanse team Luis Mendo en Dani Montesinos. Bright.TV is opgezet als een ‘onescreen’-concept waardoor kijkers niet of nauwelijks zullen scrollen en gemakkelijk kunnen browsen door de formats of favorieten bekijken van Bright’s verslaggevers. Vanaf januari kunnen bezoekers ook zelf hun filmselecties uploaden.

Redactionele selecties
Video op internet is immens populair. Het bekijken van filmpjes behoort tot de sterkst groeiende online bezigheden. Bright-uitgever Oscar Kneppers: “Het bárst van de videosites, het is geen pretje om je door YouTube en andere video-verzamelsites heen te worstelen. Bright.TV brengt daar verandering in door redactionele selecties te maken voor kijkers die gefascineerd zijn door alles wat innovatief of verrassend is, bijvoorbeeld gepimpte iPhones, de nieuwe Audi R8, alternatief design of zoiets als seks met robots.”

Tot zover mijn quote uit het persbericht. Nu, dat beloofd wat. Dus snel wezen kijken. Het ziet er op Bright.tv inderdaad lekker strak uit, dus dat wordt vast voor velen een plek om regelmatig terug te keren. Het promotie filmpje voor Bright.tv vind ik eerlijk gezegd een beetje tegenvallen. Maar even rondkijken deed mij stuiten op deze video, met de toevoeging "hier wordt je heel vrolijk van". Daar was ik eerlijk gezegd wel aan toe.

Echt, geen woord te veel of te weinig, die aanbeveling. Huil, lach en bewonder:


donderdag, december 06, 2007

Verleiding?

In een ‘discussie’ naar aanleiding van een artikel op de Nieuwe Reporter “Hoera! Links Hilversum op het matje!”, is er een reactie van ene Lia, die het niet aangetroffen verband tussen ‘koppen’ van artikelen en de inhoud daarvan aan de orde stelt.
Lia (hoe irritant toch dat mensen zich niet echt ‘blootgeven’) lijkt mij, naar aanleiding van haar tekst, een bevlogen, jonge journaliste (?) die er nog wel heil in ziet om de wereld van de journalistiek te verbeteren.
De
administrator van de dNR laat haar echter direct weten dat ‘headers’ alleen al wegens ruimte gebrek ‘soms’ ongenuanceerd zijn.

Je vraagt je af wat deze administrator zo’n beetje doet, de hele dag? Soms? In mijn beleving zijn zeker meer dan de helft van de kopregels in media, dan minder, vooral verleiders. Aandachttrekkende banieren die de lading van de tekst van een artikel bepaald niet dekken.
Ik doel hier echt niet op de Telegraaf – die hier vaak van beschuldigd word.
Ook niet op het verschil tussen consumenten en vakmatige media. Of tussen gedrukte of anders gepubliceerde teksten. Het is dagelijkse kost. Niks verborgen verleiders, maar open en bloot, en geen journalist die zich daar voor schaamt.

Neem nu vandaag op
Reclameweek.nl. “50% kijkt TV op werk”. Als je dan – geïntrigeerd – klikt op de link naar het artikel, dan wordt de aanhef zelfs nog aangezet tot “1 op 2 kijkt TV op werk”.
Het is even niet te bevatten, maar dan lees ik de eerste regel: “helft van alle werkende mensen kijkt wel eens televisie op het werk”.
Zucht. Van opluchting en zeker ook van irritatie.

Overdrijven! Gebrek aan nuance? Het is in dienst van de ‘kunst’ van het verleiden. Een aardige benaming (belazeren kan ook), omdat ik er van uit ga dat de schrijver het ultieme doel nastreeft; zoveel mogelijk lezers van zijn stuk lokken.
Wat ik dan wel moeilijk te begrijpen vind, dat is de historische aversie bij journalisten tegen reclame, dan wel informatie met een commerciële achtergrond (advertorials, sponsoring, etc.). Journalisten tonen zich immers kundige volgers van de reclameverleiders. Los daarvan, hebben de meeste moderne consumenten die in deze commerciële informatie maatschappij leven, doorgaans heel goed in de gaten wat zij toegediend krijgen in de media.
Gelukkig hebben jonge(re) journalisten tegenwoordig al minder weerzin tegen commerciële samenwerking. Het zijn echter de oude(re) redactieleden en –raden die een waterscheiding bepleiten. Veel media, en zeker de gedrukte, gaat het de afgelopen jaren niet voor de wind. Dalende oplages en dito advertentie inkomsten. Misschien dat die ontwikkeling op korte termijn voldoende ‘verleiding’ biedt.



De visual "de Verleiding" is een schilderij van Liesbeth Romeijn.

dinsdag, december 04, 2007

Hot Hot Heat?


Hoe was het ook alweer volgens Mcluhan. Hij noemde TV een ‘cool’ medium. Omdat TV om participatie van de kijker vraagt. Nu ja, het waren de jaren 50 van de vorige eeuw. Je kan het je niet meer voorstellen. Sterker, met een beetje goede wil is Tv tegenwoordig te beschouwen als veel meer involverend dan… nog niet zo lang geleden.
Maar daar gaat het hier eigenlijk helemaal niet over. Ik wilde kwijt dat je tegenwoordig overal struikelt over media. Zo bezien zijn ze allemaal ‘hot’, en TV misschien wel het heetst.

Volgens het ‘hoge bomen’ principe levert dat weerstand op. Dat zorgt dan weer voor veel aandacht. Niet in de laatste plaats.... in de media zelf. Ook politici zien hier regelmatig kansen. Vanzelfsprekend om zich zelf te profileren. Wat te denken van SP-lid de Wit? Hem na te geven, het is voor hem geen ééndagsproject. Maar, zijn strijd tegen de belspelletjes bekijk ik toch nog altijd met een ongemakkelijk gevoel van wantrouwen. Ongemakkelijk, omdat ik zelf ook geen fan ben van deze programma’s. Het wantrouwen komt voort uit het vermeende ‘goede’ dat de Wit met ons voor heeft.
Voor de goede orde, als ik op het TV-scherm “ .agelbui “ lees en er wordt mij door een nieuwe Edwin Evers toevertrouwd dat het om bevroren regen gaat, en dat ik door een telefoontje zo maar € 900 rijker kan worden… Dan bel ik niet. Ik begrijp heel goed dat het geld niet dagelijks in die hoeveelheden op straat voor het oprapen ligt.
Maar volgens de Wit doet het overgrote deel van deze volksstam dat wel. Ik denk ook wel dat hij gelijk heeft. Anders waren die spelletjes er al lang niet meer geweest. Het is een vorm van bedrog die afstamt van de kwakzalverij. Mijn punt is dat mensen zich nu eenmaal graag in de luren laten leggen. BELazeren, volgens de Wit. Dat schaf je niet af. Dat kan je niet verbieden.

Nieuwsmaker de Wit wordt in Adformatie 48 een diepte interview afgenomen. Als ik het lees neemt mijn irritatie alleen maar toe.
Interviewer stelt: Volgens het OM hebben mediabedrijven als SBS 12 miljoen euro winst geboekt in 2006. (Zelf vind ik het moeilijk om dit te interpreteren gaat het hier nu om de SBS bedrijven of ook om RTL etc.?).
Antwoord de Wit: Volgens mij is het veel meer. Mijn eigen schatting komt toch al gauw uit op 50 miljoen winst. Tja, als ik dat zo lees, dan maak ik die de Wit voor een conservatief uit.
Wat nu ‘volgens mij’ en ‘al gauw’. Daar spreekt bepaald geen ‘diepgravendheid’ uit.
De interviewer vindt het al lang mooi, en draaft hijgend door:
“Daarnaast hebben we nog de toeleveranciers 2Way Traffic en Endemol…
Daar komt de Wit weer: Die zullen het ook niet voor niets doen. Bovendien verkopen ze het format over de wereld.
Bent u bij mij? De Wit weet er niets van af. Dat blijkt wel uit die eerste zin. Uit de tweede zin kunnen wij afleiden dat hij niet over een ‘kaasstolp’ blik beschikt. Het is zielig voor alle mensen op de hele wereld. Dat zij belazerd kunnen worden door een bel spelletje.
Van het front van de interviewer valt geen nieuws te verwachten. Een zorgvuldig voorbereid lijstje vragen wordt afgewerkt, daar brengt geen antwoord hem van af.
Een ding is zeker. Jan de Wit (familie?) gaat de TV geschiedenis in.

Dat kan ik ook, dacht CU kamerlid Slob. Het moet maar afgelopen zijn met die seks dating 06 belprogramma’s in de nacht. In het Parool las ik dat het volgens de CU toch niet zo kan zijn dat er s;nachts niets anders aan de man is te brengen dan seks. Bovendien paste het niet in het streven van deze regering om de seksualisering van deze maatschappij tegen te gaan.
Hoon en erger waren Slob’s deel. Hoewel ik van mening ben dat dit soort TV-zendtijd in het genre ‘Gouden Kooi’ kan worden ingedeeld, ben ik blij dat zijn motie kansloos bleek.
Slob had beter moeten opletten. Lenen bij de Wit. Immers, ook hier is sprake van BELazeren. De bellende sufferd krijgt zijn trekken thuis in de vorm van een gepeperde telefoon rekening. En ook hier zal gelden: hele volksstammen. Om het heet van te krijgen.

Benieuwd of McLuhan TV in deze context nog altijd als ‘cool’ zou betitelen. Volgens die participatie definitie natuurlijk wel. Of niet?
Vooruit, hij legt het zelf nog een keer uit:



zondag, december 02, 2007

Kronkels?

Het is bizar, hoe je hersens werken. Zo lees ik in het AD van 1 december op pagina 13 de intrigerende kop: “Daling aantal Amerikaanse doden in Irak zet door”. Het deed mij onmiddellijk schakelen naar ‘Wake up dead man’ van U2. Nou, nadat ik eerst nog dacht aan een medisch wetenschappelijke doorbraak van de Amerikanen, maar dat terzijde.

In eerste instantie had ik de titel trouwens niet helemaal goed, maar dacht aan; ‘Walk on dead man’. In plaats van te Google-n , greep ik terug op het vertrouwde zoeken op mijn cd’s.
Dat verliep niet goed. Van de laatste 15 jaar van U2 heb ik niet zo veel Cd’s. Het bracht mij dus bij de verzamelaar ‘the Best of 1990 – 2000’. Maar, zoals de kenners ondertussen hoofdschuddend beamen, dat was een nutteloze exercitie.
Het bevestigde mij wel opnieuw in mijn mening dat de band na het onweerstaanbare “Achting Baby” de draad volledig krijt raakte. Wat een armoede tussen 1991 en 2000. Wat een mediocre liedjes!! Wat een aanfluiting in vergelijking met de voorgaande verzamelaar ‘The best of 1980 – 1990”.



Ik zal mij zelf hier zeker niet uitroepen tot de Nederlandse ontdekker van de band. Wel staat mij nog helder op net- en trommelvlies de verpletterende indruk die zij op mij makten op PinkPop 1981. De volgende dag direct het debuut Boy aangeschaft. Dat luidde een 10 jaar durende liefdesverhouding met de band in die zich vooral uitte in het kopen van de lp’s.
Na Achtung Baby ging het uit. Zooropa en Pop konden niet bekoren en All that you can leave was een betere titel geweest voor het album waarop ‘Beautiful day’ en vooral ‘Stuck in a moment’ mij treffen als dieptepunten in de catalogus van de band. Vreemd genoeg ben ik kennelijk één van de weinigen die er zo over denkt, want de nummers presteerden het wel om U2 weer terug in de top-40 te brengen. Ook in mijn directe omgeving tref ik weinig bijval voor mijn kijk op het tweede decennium van de band.
Enfin, dat schakelde mij naar het Cultureel supplement van NRC van 30 november, met op pagina 11 “de geur van willekeur”. Een artikel over de vermeende beperkt- en éénzijdigheid van Radio 2’s Top 2000.
Ik had gezien dat in de top 10 van die lijst van 2006, U2 prijkt met “One’. En daar ga ik weer. Het is natuurlijk een mooi nummer, maar als ik aan U2 denk, dan toch liever aan iets meer sprankelends . Pride, Even better, Mysterious ways, the Fly, om het qua laatste drie bij Achtung Baby te houden.

Het artikel van Yaël Vinckx maakt naar het einde toe een draai. Inderdaad de top 10 van de meeste ‘Top whatever”-lijstjes is doorgaans heel voorspelbaar, of beter, inwisselbaar. Ook zijn het in dit soort lijsten vaak de liedjes die helemaal niet representatief zijn voor het werk van betreffende artiesten. Ik noem u 1 voorbeeld; ‘Nothing else matters”. Van Metallica (op 10). U weet wel, van die dik hout onversneden herrie. Dat hoor je nooit op de radio. Nooit! Dus wat doen die Metallica fans? Stemmen op het liedje dat de grootste kans maakt wel gedraaid te worden. Met succees. Sterker het wordt een hit. Want wat geen pijn doet, dat consumeert de doorsnee luisteraar wel, en die gaat het vervolgens nog mooi vinden ook. De gemiddelde Top zoveel biedt een keur aan soortgelijke voorbelden.

Ik zeg dan ook altijd dat echte liefhebbers van (pop)muziek, en ja daar reken ik mijzelf toe, de gemiddelde ‘Top-nogwat’ vermijden. Zeker de laatste uren, wanneer de top-10 binnen gehoorafstand komt. Allemaal nummers die je de neus uitkomen. Doorsnee die niemand pijn doet. Dus niks willekeur, maar ouderwets: ‘de geur van Spruitjes!’.

maandag, oktober 29, 2007

Valse Profeten?!


Twee weken geleden was het rondje langs de velden gwijd aan een onderwerp dat ook zijn oorsprong vindt bij John Faase (zie zijn weblog). De rondvraag kreeg de suggestive titel mee: “Onmeetbare media”. Het onderwerp kreeg een bovenmatig hoog soortelijk gewicht dankzij een opmerking van de Grote Giep. Hij vroeg zich af of wij niet (of wel) in de nadagen van de massacommunicatie zijn aanbeland. Dat zou wat zijn. Kunnen die leerstoelen direct in de hoek worden gezet.
Heel opmerkelijk was het begeleidende plaatje. Een afbeelding van een soort Eifeltoren. Met warrige sliertjes die naar kruisjes leiden. Zou die warrigheid de moeizaamheid van het bereiken moeten voorstellen? Dit leek toch eigenlijk veel meer op een zendmast met massabereik.
Maar goed, de rondvraag.
Hierin participeerden vijf vakbroeders, allen met een research link. Twee van een onderzoekbureau, 1 van een mediabureau, 1 van een mediumgroep (RTL) en de management consultant van Metrixlab. Dat lab lijkt een verwijzing naar obderzoek.
De voorgelegde vraag was; “weten we echt niet meer wie we bereiken?”

Wat volgde was een fijne verzameling stokpaardjes, (voor-) oordelen, reclame voor eigen standpunten en verkoop praatjes.
Niemand zei ja, of nee, en wel hierom.
Natuurlijk doken de ‘usual suspects’ fragmentatie, effect is belangrijker dan bereik, interactie met de klant, methode van dataverzameling, enzovoorts langs. Maar een antwoord? Niet gelezen.

Het is alweer een tijd geleden, maar Joost Swarte heeft jaren in Vrij Nederland een vermakelijk strip-item verzorgd onder het motto “Niet zo / Maar zo”. Mooi absurd. Daarom vast aandachtpunt. De inhoud van deze rondvraag was een prachtig voorbeeld van “Niet zo”,

Is de vraag wel te beantwoorden, zo hoor ik u vragen. Zeker. Er is zojuist een nieuwe Printmonitor gelanceerd. Voor en heleboel titels kan vrij goed worden vastgesteld wie er met die titels bereikt worden. Hetzelfde geldt voor TV, radio en in steeds meerdere mate ook voor allerlei pagina’s op internet. Allemaal media die nog steeds heel goed in staat zijn massa's te bereiken.
Punt is wel dat er nog veel meer kleine dan grote ‘media’ zijn (nog een suspect? Hier, de ‘long tail’). Zolang die media heel klein zijn, weten wij niet goed wie zij bereiken. De reden om er dan toch gebruik van te maken vindt zijn oorsprong dan in (nog 1x) het buikgevoel van betrokkenen. Maar dat is ook niet nieuw.

De verwarring wordt al maar groter door heel hard 'verwarring' te roepen. En elkaar na te doen. We willen graag alles weten. Dat lukte vroeger niet, en dat lukt nog steeds niet. Maar we weten toch zoveel meer dan vroeger. Zeker als we massa’s willen bereiken.


Helaas kon ik op het net geen voorbeeld van “niet zo” van Joost Swarte vinden. Wel van ‘maar zo’!

vrijdag, oktober 26, 2007

Over 'missers' gesproken

Adformatie #43 jaargang 35 bevat een prachtige advertentie reeks, die op een rechter pagina (39) aftrapt met een als opinie geafficheerde platinum misser:

“We vinden hun sound niks en gitaarmuziek is op z’n retour.”

Of wel de manier waarop Decca’s A&R manager de Beatles in 1962 afserveerde. Prachtige tekst in een blauw-zeegroen vlak.

1 rechter pagina verder (41), een vervolg:

“Er is geen enkele reden voor wie dan ook om thuis een computer te hebben.”

Ook zo’n uitspraak die vandaag de dag onbegrijpelijk voorkomt uit de mond van de CEO van Digital Equipment Corporation in het zo nabij ogende 1977.

Weer een rechter pagina verder belanden we met beide benen in het heden. Zelfde simpele pagina nog steeds. Dat blauw-zeegroene vlak in een wit kader met de zin:

‘De Pers wordt nauwelijks gelezen.” Opgetekend uit de mond van John Faase, 'onderzoeker' bij Kobalt.

BENG! Meer “in your face” is niet denkbaar. Boodschap: “LOUD and clear”.


Wat enorm jammer dat de betaler van deze pagina’s heeft gemeend er nog een pagina met 'feiten' op te moeten laten volgen. Allemaal saaie feiten, die niets toevoegen aan de impact van die eerste drie pagina’s. Sterker, die 4e pagina doet regelrecht afbreuk aan de eerste 3.

Was het een 4=3 deal? Had die 4e dan in #44 jaargang 35 geplaatst!
Jammer, jammer, wat een gemiste kans, Cornelis.

Enne, ‘by the way’ over feiten:
Decca’s Rowe valt weinig kwalijk te nemen als je de demo’s beluistert die hij in 1962 kreeg aangeboden. Dankzij internet kan iedere geïnteresseerde tegenwoordig kennisnemen van dat stukje huisvlijt van John en Paul. Typisch geval van ‘je zou willen dat je het nooit gehoord had’.

Aan Ken Olsen van DEC hoef ik toch zeker geen woorden meer te besteden?
Dus ook niet aan de conclusie van John.


Op naar de volgende ‘briljante’ quote

maandag, oktober 15, 2007

Vaarwel Marianna


Het opladen van deze ‘post’ heeft de nodige twijfel doorstaan. Uiteindelijk heb ik dus besloten het te doen. Media zijn immers mensen, en had ik niet gezegd dat het hier soms persoonlijk kon worden?

2007 is in meerdere opzichten geen fijn jaar. Eerst was er 10 juni het volstrekt onverwachte wegvallen van Hans van Hulst. Nu 2 oktober volgde het onvermijdelijke overlijden van Marianna Buterin. Onvermijdelijk, dat wist iedereen, maar dat maakt het toch niet minder moeilijk te accepteren.
In juni 2006 hoorde ik dat Marianna door Nederlandse artsen was opgegeven. Of beter, overgegeven aan de ziekte die enkele jaren daarvoor begon met borstkanker. Marianna is snel daarna vertrokken naar Australië, om voor haar dochter een nieuw ‘huis en haard” te vinden. Begin juli 2006 kreeg ik Marianna’s mailadres van Leontien Wenneker. De dag daarna schreef ik mijn eerste mail. In het Engels. Ik had immers geen idee hoe het met haar ging.
Die mail vertelt goed wat ik toen voelde, en dat is eigenlijk onveranderd:

Dear dear Marianna,

A few weeks ago someone told me about the terrible development of your illness.
Shivers running up and down my spine, then and now.
Unthinkable, unbearable, unacceptable. Yet, we all know deep down inside that this is happening all the time. BUT NOT TO THE PEOPLE YOU KNOW!

Fortunately l met Leontien yesterday and she gave me your e-mail address. Since l learned the news about you, the plan lingered to write to you. Now I can do that.

Marianna, although knowing each other never developed into a deeper friendship, l have always felt affection for you. You are a person who could easily brighten up a (my) day, if only by passing along. I vividly recall our conversations at Initiative. I was on the brink of leaving for Carat, you were still with Wouter and we discussed future opportunities. Then after IM we occasionally met. I see you stumbling from the MediaWerkGroup party in Noordwijkerhout (you faked) claiming to be (dressed up as) a Russian streetwalker.

I remember meeting at The Management Team 25th celebration Supper Club boat. You were already pregnant and you confessed “Alle, I’ve made a soap series of my life”. Then, last year (2005) at the AMMA’s was the last time we met. You told me about your breast operation, your future plans to dedicate your love and life to your little girl. We were happy.

Now, I know that soon you will no longer be around. We will not be meeting each other again, because you have returned to Australia. A brave and wise decision. For me, you have obviously done the best you can, considering all the circumstances (I know of). Nothing much like a ‘soap’ at all. But that is no secret to anyone I know of, who knew you.

I will miss you as a friend, your infectious enthusiasm, your gentle madness, your warmth as a person and above all that heavenly broad smile of yours.

Personally, I am not religious at all. Still l can imagine that there is something after this life. That thought is indeed somewhat comforting. For all of us.
Nothing more l can do now than to wish you strength and the best l can think of.
It has been a real pleasure knowing you. Maybe….?

Twee dagen later war er antwoord van Marianna, nog bijkomende van een heftige behandeling was zij schrijvend 1 en al optimisme en vol strijd- en levenslust. Wat haar betreft was het nog lang niet over. We mailden regelmatig, tot in afgelopen zomer. Als de tijd dan verstrijkt, dreig je jezelf te bedriegen. In haar laatste mail aan mij schrift zij zelfs naar Nederland te willen terugkomen. Een afscheidstournee! Ook schrift zij dan dat zij op Hyves haar eigen weblog is begonnen. Die volg ik dus.

Vrijdagavond 21 september verzeil ik bij toeval op Hyves en check Marianna’s pagina.
Haar laatste schrijven dateert van de 13e. Het is een mooi verhaal over haar liefde voor lezen, van boeken in het bijzonder. Zo herkenbaar. Dan besterft de glimlach op mijn lippen. Marianna schrijft dat dit het afscheid zal zijn. Het maanden lange gevecht tegen de slopende ziekte loopt op het eind, zo heeft zij net van de Australische doktoren gehoord.
Zij stelt ons gerust, wenst ons sterkte, bedankt ons.
Ik mail haar direct, voor het spreekwoordelijke hart onder de riem, en de wens nog veel te kunnen mailen.
Het is hard gegaan. 6 oktober kwam ik terug van vakantie uit Marokko. Marriana, zo bleek, was er al niet meer.

Ik denk niet dat mensen die Marianna iets beter kenden, haar snel zullen vergeten. Als ik aan haar denk en terugdenk, dan is het met een glimlach.

Vaarwel, Marianna

zaterdag, september 22, 2007

Los Campesinos! Sensatie?

Ik begon deze weblog ruim anderhalf jaar geleden vrijwel met de Arctic Monkeys (niet dat ik één van de eersten was). Dat laatste zal met LC ook wel weer niet het geval zijn. Hoewel ik niet erder van ze heb gelezen, laat staan gehoord. Nu wel dankzij Young Marketing. Aldaar als weeksluiting aangeprezen met de volgende wervende tekst:

Los Campesinos! aren't the first act to make a name for themselves on MySpace. They may, however, be one of the first guitar groups in the UK who really sound like products of Web 2.0." [Pitchfork]

Goed, die was ook niet van YM zelf, maar niet minder intrigerend. Wat vond ik er van? Een aanstekelijke mix van Arcade Fire, Dresden Dolls, Clap Your Hands Say Yes en zo nog wat.
Sensatie? Nou, nee. Leuk? Zeker wel. Het filmpje ook.

Oordeel zelf, kijk/luister en laat je gelden!









Los Campesinos! gan het helemaal maken


1) Dankzij Web 2.0
2) Kwaliteit komt overal bovendrijven
3) Violen horen niet thuis in popmuziek!
4) Not!


View Results


Make your own poll

maandag, september 17, 2007

Bloot verkoopt?

Bloot verkoopt kennelijk. Zo opent de Reclameweek nr 37. Bloot verkoopt kennelijk? Vast geschreven door een vrouw, denk ik dan.
Wat blijkt, het gerucht makende spotje van Batavia Stad, waarin ranke, ontklede modellen zich naar de outlet concentratie ploegen om zich in het nieuw te steken blijkt de commercial review van augustus te hebben ‘gewonnen’.
Vast allemaal stemmen van mannen, denk ik dan. Ik kan mij vergissen, maar met verkopen heeft dat niet veel te maken.
Bloot verkoopt?


maandag, september 10, 2007

Schatgraven 1 “War babies”


De CD bestaat al ruim 25 jaar. In die tijd zijn er talloze vergeten, verloren gegaan geachte opnamen aan de zilveren schijf toevertrouwd. Sommige platen zijn – voor zover ik het kan nagaan echter nog steeds niet op CD te koop. Een voorbeeld daarvan is War Babies van het duo Hall & Oates.

Volslagen ten onrechte en volstrekt begrijpelijk. Dat laatste komt om te beginnen door de sentimenten die het duo zelf over deze plaat verspreid. De plaat was niet minder dan een regelrechte ramp. Had hun carrière in 1974 bijna in de kiem gesmoord. Allemaal de schuld van de producer: Todd Rundgren. Die had het duo willens en wetens opgezadeld met een produkt dat veel te ver afstond van hun roots: de Philly blue-eyed soul. Zoals te horen op hun bijna doorbraak album Abandoned Luncheonette met het prijs nummer She’s gone.
Kennelijk is er bedacht dat het geluid van het derde album wel iets steviger mocht. Waarom Atlantic ‘wizzrd’ Todd Rundgren naar voren schoof is in het licht van het moment zelf misschien niet zo duidelijk. Maar achteraf weten wij wat Rundgren voor Meatloaf’s Bat out of Hell en de altime mega kraker ‘Paradise by..’ heeft betekent.

Hoe kom ik dan aan die plaat? 1974 was het hoogtepunt in de creatieve productie van Todd Rundgren. Na het niets minder dan briljante Something/Anything, de auditieve doos van Pandorra “Wizzard-True Star, was dat jaar het magnum opus Todd verschenen. Rundgren stond op het punt door te breken als wereldster. Waar Prince zijn eigenzinnigheid pas na zijn doorbraak tot wasdom liet komen, was Rundgren kennelijk te druk met het bewandelen van veel paden tegelijkertijd. Of wel, hier schrijft een fan die in die jaren weinig andere platen op de draaitafel legde. Rundgren was God, zogezegd.
Ik liep 28 december Boudisque binnen met het verjaardaggeld brandend in de zak en zag vrij snel de hoes die bepaald in het oog sprong. Het was een US import en een slimmerd had op de plaat een papier geplakt met daarop groot de naam Todd!. Nadere bestudering van de hoes leerde dat de plaat niet alleen geproduceerd, maar ook engineerd en supervised is door Tood. Bovendien bleek hij ook het grootste deel van zijn toenmalige band te hebben meegebracht (bassist Siegler en drummer Wilcox) en ook nog eens alle lead gitaar en achtergrond koortjes te doen. Verder nadenken was onnodig.
Eerlijk is eerlijk, het is veel meer een Todd Rundgren plaat dan een Hall & Oates plaat. De plaat rockt, maakt uitstapjes naar funk en is doordrenkt van alle Rundgren muziek en studio foefjes met prominent Todd’s gierende gitaar partijen. Zo hoor je ze zelfs niet veel op zijn eigen platen. Een feest.

Die Hall & Oates kende ik niet, en het duurde een tijd voordat het tot mij doordrong dat Daryl Hall wel degelijk de lead zang voor zijn rekening nam. Zijn stem ligt dicht bij die van Todd in de buurt, maar is wel een stuk warmer. De nummer worden allen toegeschreven aan de heren Oates en Hall, maar als dat er niet zo nadrukkelijk zou staan zou de Rundgren fan zonder aarzeling geloven dat die ook voor rekening van Rundgren kwamen.
Het album heeft in de verte iets weg van een gepeperde versie van Bowie’s Ziggy Stardust. Qua thematiek. Erg modern in die tijd, maar natuurlijk lichtjaren verwijderd van alles dat Philly soul ademde, laat staan blue-eyed was.

Vooral John Oates slaat helemaal uit het lood zodra een journalist argeloos de naam van dit album noemt. Niet zo vreemd eigenlijk, want behalve dat het openingsnummer van de plaat van zijn hand komt en hij twee andere nummers met Hall schreef is zijn bijdrage aan de plaat minimaal. Hall & Rundgren doet de plaat meer recht. De hoes zegt wel dat Oates lead vocals doet, maat echt horen doe je hem niet veel.

Atlantic wist waarschijnlijk ook niet wat te doen met het eindproduct, dat mijlen ver afstaat van de Hall en Oates fanbase, zo die er was. Dom genoeg (?) spraken zij ook het Rundgren publiek niet aan, en zo liet iedereen de plaat liggen.
Bijna iedereen. En dat is dus erg jammer. Voor alle Rundgren fans en voor iedereen die wel van een portie scherpe 70’s rock houdt. Je leest heel vaak de strofe ‘vergeten klassieker’ wat natuurlijk onzin is, want dat doe je namelijk niet. Klassiekers vergeten. Onbekende klassieker, dat kan wel, maar onbekend maakt onbemind dus dat schiet niet op.

Volgens AMG is de plaat eind jaren negentig wel degelijk op CD verschenen. Maar in Nederland heb ik hem al die jaren nooit gezien. Geen nood meer. Het vinyl zelf omgezet naar 0-en en 1-en. Die CD ligt nu al een week rockvast in de cd-speler van de auto. Maximaal volume.
Nog een keer.

Nu ben ik door mijn superlatieven heen. Als dit er toe leidt dat er iemand anders deze plaat ontdekt, dan weet ik zeker dat ik die iemand een beetje gelukkiger heb gemaakt.

dinsdag, augustus 14, 2007

I hear you knocking

….but you can’t come in. Een hit(je) van Dave Edmunds in de vroege jaren 70. Ik dacht er gisteren aan, toen ik dacht over de mogelijkheid van deze ‘post’. Vanmorgen hoorde ik het nummer voor het eerst sinds jaren op Arrow Rock. Toeval bestaat niet. Zegt men. Vandaar maar weer eens een mening.

Adformatie leverde afgelopen week een soort ‘nastoot’ rond het programma De Gouden Kooi. Het opent met nieuws verkregen uit onderzoek dat in haar opdracht is uitgevoerd. De voornaamste uitkomst blijkt “Meer dan de helft van de Nederlanders vindt dat adverteerders omstreden (?) tv-programma’s als DGK moeten boycotten”. Waar een land zich toch druk over kan maken, denk ik dan, maar dat was al bekend.
Een meerderheid? Ja, 53,4% van 600 ondervraagden van 18 jaar of ouder steunden deze stelling. Ik sta er niet versteld van. Dit soort stellingen levert ook zonder probleem een meerderheid op voor de stelling dat alle reclame op televisie na 12 uur s’nachts moet worden uitgezonden. In mijn ogen zou die 53.4% dan ook niet als ‘nieuws’ aangemerkt mogen worden.
Nee, in het licht van al die commotie rond het programma, veroorzaakt door de hoeders van de goede smaak (in relatie tot tv-programma’s) is het % van 53,4 eigenlijk onwaarschijnlijk laag. Toch? DGK heeft zich in de laatste weken – het is zomervakantie, dus er valt niet veel te beleven op het scherm – weten op te werken tot kijkcijferkanon van Tien. Heel regelmatig kijken ruim 400.000 mensen naar DGK. Vierhonderdduizend. Zo uitgeschreven lijkt het zelfs nog meer. Maar uitgedrukt in een percentage is de 4% niet in zicht.
Zijn die andere 46% eigenlijk niet het grote nieuws? 16% is ronduit tegen de stelling en maar liefst 31% ‘weet het niet’.
Ik wil hier niet zo ver gaan te beweren dat de potentie van DGK ‘kennelijk’ enorm veel groter is dan de 400.000 kijkers van nu. Dat ligt overigens vooral aan mijn eigen afkeer van het programma. Als je er 2 keer over na denkt, en je voorstelt dat dit programma op RTL of SBS te zien zou zijn geweest, dan durf ik mijn hand er niet meer voor in het vuur te steken.

Wat ik nu mis in zo’n onderzoek is het inzicht in de psyche van die 400.000 die wel eens kijken. Wat vinden en vonden die er nu van.
Op de Adfo-blog heb ik een poging gewaagd om de discussie over de mogelijke schadelijke gevolgen van reclame rond DGK voor adverteerders 180 graden te draaien. Onder die 400.000 kijkers van het programma moeten toch snel circa 100.000 personen zijn die wel eens boodschappen doen bij AH. Wat vinden deze kijkers er van dat AH zich van hen distantieert. Niet zozeer door er geen reclame meer uit te zenden, maar wel door het zo nadrukkelijk in de pers te melden. Natuurlijk was er niemand die hier op reageerde. Het is immers veel makkelijker om zonder je volledige naam te noemen, even snel in te kloppen dat je ‘het ook een kut programma vind’. Wat dat betreft was het niveau van de meeste reacties bedroevend. ‘I hear you knocking’. Hmm, meer ‘never mind the bollocks’.

Jammer, van het onderzoek dus. Dit, dit was geen nastoot, hooguit een ‘kets’. DGK kan mij gestolen worden, maar let op mijn woorden, dit is niet The End.

vrijdag, juli 13, 2007

Modder


Het is de afgelopen weken een substantie waar wij allemaal in meerdere mate mee vertrouwd zijn geraakt. Verwacht hier geen verhaal over klimaat of Earth Life, dat vind je genoeg op Adfoblog.
Het viel mij op de afgelopen weken hoe genoten uit de media branche in brede zin de figuurlijke variant hanteren.
Verwijten over – vooral - onkunde vliegen al langer over en weer, maar de Adformatie van 5 juli was een voorlopig dieptepunt. John de Mol werkt daarbij als katalysator en de ‘spatten’ hebben een flinke reikwijdte. Een fraai decor om zelf eens ‘roomser’ dan te zijn.

Leon Bouman trapt op pagina 2 af in zijn hoofdredactioneel commentaar. Met het rumoer rond de Gouden Kooi als aanleiding zijn de Mol, Haas de Mediamarkt baas, en van Westerloo de mannen die er van langs krijgen.
Van Westerloo zelf komt op pagina 7 aan zijn trekken. Ruud de Langen en media-inkopers ‘as such’ worden weggezet als notoire jammeraars, ‘a pain anywhere’, een noodzakelijk kwaad. Fons praat het liefst rechtstreeks met adverteerders.
Ellen Nap houdt het op pagina 11 betrekkelijk neutraal, maar op pagina 12 ‘in de rondvraag’ mogen een aantal ‘kenners’ vrijelijk het hart luchten. Ik vraag mij af wat John zo iemand als Roland van Kralingen nu heeft aangedaan. Overigens geeft van Kralingen zelf ook geen staaltje creativiteit ten beste. Zijn 7 oorzaken zijn eerder op deze plek al eens, en beter voorgedaan.
Dan als klap midden in de poel, niets is toevallig in de wereld, tref ik op pagina 49 de column van Ruud de Langen. Bijtend vitriool druipt tergend van de pagina af. Samengevat op de meest vriendelijke manier is de Mol volgens Ruud een kruising tussen Willie Wortel en Malle Pietje. Hoe kan iemand verbaasd zijn over het eindresultaat?
Kijk, de animositeit tussen mensen als de Mol, van Westerloo en de Langen kan ik dus wel herleiden tot geld. Hoe het met die anderen zit, vind ik moeilijker te doorgronden, maar het fascineert mij wel.

Zelf ben ik op deze Blog verklaard ‘gelovige’ geweest in Talpa/Tien. Tot het laatst dacht ik dat het ‘maste plan’ zou voorzien in een andere uitkomst. Meer dan teleurgesteld, heeft het mij verrast. Persoonlijk was ik geen zware Talpa/10 kijker, zelfs de categorie ‘licht’ is te zwaar om dit stukje kijkgedrag te duiden. Maar vanuit het vak bekeken, vond en vind ik het iets weg hebben van een spannend jongensboek. Dat krijgt ongetwijfeld weer en vervolg. Iedereen die bij dit ‘avontuur’ betrokken is heeft geen recht op medelijden of leedvermaak. Niemand is gedwongen. Drie maal is scheepsrecht! Dit is niet het einde.

Wat die modder betreft, behalve van een bewust genomen bad voelt niemand zich daar beter van of bij. Een zuivere analyse die voorbij gaat aan niet terzake doende emoties, ja, daar zit ik wel op te wachten. Daar kunnen wij allemaal van leren. Misschien in een volgende Adformatie?

dinsdag, juli 03, 2007

Verguld geklooi


Het schrijven van stukjes voor je log is meestal niet gebaseerd op het onderschrijven van een gedachte of het toejuichen van een goed plan. Dat is niet zo spannend. Als blogger heb ik dan ook begrip voor de wijze waarop selectie van nieuws tot stand komt en hoe dat vervolgens over ons wordt uitgestort. Goed nieuws is geen nieuws. Op zijn best komkommernieuws.
Schrijvers van ingezonden brieven, lang geleden voor mij een favoriet onderdeel van krant en tijdschrift zijn het ook nooit met een tekst eens, of profileren zich als notoire betweters. Op zijn best beginnen zij hun oeverloze waardering uit te spreken, maar dan…


Ook ik heb maar weinig nodig om geïnspireerd – of is het toch echt geïrriteerd – te raken, en het toetenbord te attaqueren. Zo blijkt het opeens populair om een mening te hebben over de Gouden Kooi. Daar hadden wij vooraf toch al genoeg over gezegd?

Zeker geen fijn besnaarde televisie, die Gouden Kooi (GK). Is het walgelijk? Tja, een kwestie van achtergrond vind ik. Ik heb er vanavond even naar gekeken, want ‘weet waarover je schrijft’. Het is niet lang vol te houden. Dus wegwezen bij dat programma.
Er zijn echter mensen die dit heerlijk vinden, en dat zal nooit veranderen. Niet door de politiek, en zeker niet door adverteerders. De politici van de strenge leer jeukt de vingers. O, wat willen zij graag een daad stellen. Maar die vingers branden, dat levert blaren op. Blaren hebben zij kennelijk genoeg om het bij woorden te houden. (Wat was er nu ook alweer Oliedom?)

Nu volgt dus een moreel beroep op het normbesef van adverteerders. Nee sterker, adverteerders worden opeens aangesproken in het kader van maatschappelijk ondernemen.
Hallo bent u daar?
In het kader van het uitzenden van een commercial rondom of in het programma de Gouden Kooi. Een mooi voorbeeld van íemand voor je karretje spannen’.
Ik wilde dit alles afschudden met medelijdende grimlach, maar tref dan opeens de voorpagina van het AD.

Hoe kon ik nu weer denken dat de reclame- en mediawereld deze oproep aan zich voorbij zou laten gaan. Je kunt je niet omdraaien of daar stellen een paar mediabedrijven zich behulpzaam op. Zij manen de eigen klanten om zich toch vooral niet in de omgeving van dit Sodom van de Nederlandse televisie te begeven. Want? “Je moet als bedrijf niet met dit programma willen worden geassocieerd”. “Dat is schadelijk voor je imago”. Grotere onzin heb ik de afgelopen tijd, nou paar dagen, niet gelezen. Ik zie spotjes van genoemde adverteerders overal. Rond programma’s die mij de meest gruwelijke zaken tonen. Dan heb ik het echt niet over de journaals en het enkele actualiteitenprogramma dat er nog is. Op de Nederlandse televisie wordt een enorme hoeveelheid reclame uitgezonden, en dat nu al weer bijna 20 jaar. Het is toch wel heel naïef om te denken dat kijkers zouden kunnen denken dat een adverteerder bij de Gouden Kooi dat programma zou goedkeuren.
O.K., als je twee minuten van het programma gezien hebt, dan kan je je dat in gemoede afvragen, maar dan is het volgende probleem toch dat die betreffende mensen dat bij al die andere programma’s ook doen. Zij zien die commercials de rest van de avond nog zeker twintig keer.


Dus, collega’s blijft objectief in je advisering en laat je niet gebruiken. Gebruik andersom dit ook niet als een goedkoop middel om even zelf enige publiciteit te genereren. Zo professioneel zijn wij met zijn allen ondertussen wel ;-).

In het begin van het tijdperk van de commerciële televisie, zo herinner ik mij, was er een sectie waarin kon worden aangegeven bij welke programma’s een adverteerder beslist niet wilde adverteren. Dat leverde mooie teksten op als “programma’s met een negatief beeld van het bedrijfsleven”. Het vakje bleef uiteindelijk meestal leeg en verdween rap van het A4-tje. Natuurlijk staat het iedere adverteerder ook nu vrij om niet bij de GK en dergelijke te willen worden gezien. Als men daar echter van verwacht dat het imago gespaard blijft, dan is dat naar mijn mening wel heel kortzichtig. Of beter, een zeldzame overschatting van de eigen reclameboodschap.

Hulde Pieter Haas, je bent toch niet gek!

O ja, dat was ook nog even lachen, die zwarte lijst. Erotische programma’s van SBS uit de vorige eeuw, twee voorbeelden daarvan, en nu alleen nog de GK overgebleven op de lijst.
Wat een aperte onzin. Vooruit collega’s laten wij ons bepalen tot zinniger zaken.

Deze vergulde placebo zal toch, hoop ik, niemand verleiden beter over jullie te gaan denken (imago)?
Advies; luister lekker vaak naar ‘An end has a start ‘ van Editors.
Titel en muziek, niets op af te dingen.

vrijdag, juni 22, 2007

Ode aan Hans

Er zijn zaken die je nooit zal kwijt raken. Op 18 april 1988 verstuurde Hans een kort handgeschreven briefje vergezeld van een uitgetypte lijst die twee A4 vellen besloeg.
De regelmatige lezers van dit log weten dan wel hoe laat het is.
De lijst betrof inderdaad muziek. De tekst van de brief luidde:

Beste Alle,

Bijgaand ontvang je een overzicht van de 50 beste platen uit de popgeschiedenis. Het zal een opluchting voor je zijn te merken dat deze meesterwerken voor het overgrote deel al in je bezit zijn.
De lijst opent met 19 zeer favoriete artiesten, ieder met 2 of 3 lp’s. Als ik een computer had zouden deze platen evenwichtiger over de 50 verdeeld raken. Dan volgen 22 mindere goden met ieder 1 lp.
Graag zie ik binnenkort jouw versie van dit overzicht. Het zal je heel wat hoofdbrekens kosten, maar het is een leuk soort puzzle.

Hans vertelde niet hoe lang hij er over had gedaan om tot zijn lijst te komen. De laatste zin gaf echter – zo ontdekte ik - aan dat hij wist waarover hij schreef. Het kostte mij in ieder geval een paar jaar voordat ik een antwoord had samengesteld.
In de afgelopen 19 jaar heeft Hans het nooit nodig gevonden om een actueler overzicht te maken. Dat zou overigens voor de keus aan artiesten niet veel hebben uitgemaakt. Hooguit de gekozen lp-titels. Ik vermoed echter dat er niet veel verschil in zou zitten. Hans volgde de ontwikkeling van de popmuziek namelijk nog nauwgezet via het gedrukte woord. Veel luisteren naar de muziek van de afgelopen 15 jaar deed hij – naar eigen zeggen – niet meer. Naar zijn overtuiging was de meest belangrijke (pop)muziek gemaakt in de periode 1965 - 1985 . Op die muziek was het voor ‘nieuwe’ bandjes en artiesten prettig variëren, maar echt iets nieuws? Nee, dat hoorde hij niet.

Hoe het ook zij, het maakt niet meer uit. Na 19 jaar en krap 2 maanden, blikt die lijst van 1988, voor mij nu toch zijn eindlijst te zijn. Daarom vind ik het belangrijk dat iedereen die er interesse in kan hebben, er hier kennis van kan nemen. Dat Hans trouw was aan zijn Pophelden ontleen ik aan zijn profiel op de Beefheart-site. Dit is de lijst:

01. Todd Rundgren: A Wizzard, A true star / Something/Anything / Todd
02. Captain Beefheart: Clear spot / Trout Mask replica / Shiny beast
03. John Cale: Fear / Paris 1919 / Slow dazzle
04. Beatles: Revolver / Help / Sgt Pepper
05. Kevin Ayers: Confessions of Dr Dream / Joy of a Toy / Sweet deceiver
06. David Bowie: Low / Station to station / Young Americans
07. Bryan Ferry – Roxy Music: In your mind / For your pleasure
08. Talking Heads: 1977 / Remain in light / Little creatures
09. Prince: Sign “O” the times / Parade / Around the world in a day
10. Van Dyke Parks: Discover America / Song cycle
11. John Lennon: with Plastic Ono Band
12. Steely Dan: the Royal Scam
13. Lou Reed: Street Hassle
14. Elvis Presley – Heartbreak hotel
15. Rolling Stones: Aftermath
16. Police: Ghost in the machine
17. The The: Soul mining
18. Nico: Behind the iron curtain
19. Little Feat: Feats won’t fail me now
20. Anthony more: World service
21. Doors: Waiting for the sun
22. Beach Boys: Pet sounds
23. Iggy Pop: Lust for life
24. Sex pistols: Never mind the bollocks
25. Pere Ubu: the Modern Dance
26. Ry Cooder: Ry Cooder
27. Bonzo Dog Doo Dah Band: History of
28. Tubes: Young and rich
29. Tom Waits: Swordfihtrombone
30. Joy Division: Unknown pleasures
31. Frank Zappa: Hot rats
32. Pink Floyd: Meddle

Nu de lijst is overgenomen weet ik met 100% zekerheid date er toch iets essentieels ontbreekt in deze lijst. In 1988 had Hans niet durven dromen dat Brian Wilson het ‘Smile’ project toch zou voltooien. Laat staan dat hij het in Nederland zou uitvoeren op 13 maart 2004. Hans had al driekwart jaar van te voren kaarten gekocht. Voorpret, dat was iets dat Hans uitgevonden zou kunnen hebben. Maar niets daarvan reikte zo hoog als de euforie die hij ten toon spreidde op die bewuste avond in het Amsterdamse Cola Paleis. Tineke en ik keken er naar en waren nog dieper ontroerd dan door het optreden van Wilson. Achteraf zou Smile zeker een plek in de 50 van Hans hebben ingenomen.

Muziek en momenten om te koesteren. Hier op internet gaat niets verloren.
Dus ook de 50 van Hans van Hulst niet!

zaterdag, juni 09, 2007

Geloofwaardigheid?

De voorlaatste post was eigenlijk geïnspireerd door de vraag van Adformatie’s Leon Bouman of ik mijn mening wilde geven over de geloofwaardigheid van mediaonderzoek. Nadrukkelijk ingegeven door het SPOT initiatief om zelf het tijdbestedingsonderzoek nog eens dunnetje over te doen. En met resultaat! De Adformatie bijdrage mocht 100 woorden omvatten. Regelmatige bezoekers van deze blog weten dat dit op zijn zachtst een uitdaging voor mij is. De eerste ruwe tekst bedroeg dan ook ruim 250 woorden. De eigen bezem wist dat uiteindelijk tot 200 terug te brengen. De redactionele vaardigheid van Bouman knipte verwed, maar ik kan mij goed vinden in het afgedrukte resultaat. Het biedt mij mooi de gelegenheid de onder zelf restrictie geproduceerde tekst van 200 woorden hier te publiceren. Lees en vergelijk!

De vraagstelling luidde:

Volgens onderzoek van het Uitgeversverbond is de tijdschriftlezer dol op advertenties en onderneemt een meerderheid geen andere activiteit tijdens het lezen. Maar volgens tv-promotieclub Spot wordt juist het merendeel van de leestijd gecombineerd met andere media, en wordt tijdens het tv-kijken het minst gemultitaskt. Hoe geloofwaardig zijn dit soort onderzoeken nog?


Op zich is er niets mis met de geloofwaardigheid van media onderzoeken. Zij moeten alleen ook echt worden gelezen en men dient zich te realiseren wie de afzender is. Vervolgens is de interpretatie van de uitkomsten afhankelijk van de eigen kennis en kunde gebaseerd op ervaring.
JIC initiatieven? Graag. Spot verklaart zich overigens ook bereid om het onderzoek in 2008 met andere partijen te herhalen. Het is echter een illusie dat dit leidt tot onderzoeksuitkomsten die alle partijen aanstaan. Het is niet voor niets dat mediabranche (vakblad-) onderzoek nauwelijks nog bestaat. Met Summo ging het heel lang goed. Over DM gonst het gerucht dat het einde nabij is. Dat gaat dan nog om zogenaamd harde uitkomsten. Levendig herinner ik mij het Mediabelevingonderzoek van 10 jaar geleden. Alle mediumtypen wisten hier data aan te ontlenen die de eigen communicatie kracht over het voetlicht brachten. Allen kozen een eigen invalshoek en/of interpretatie. Allen hadden gelijk. Maar de markt is niet meer gewend te lezen. Verder dan het oppervlakkige plaatje. De verwarring sloeg toe. Weer sneuvelde een mooi onderzoek.
Ook ik juich over gezamenlijke initiatieven. Niet van uit de verwachting dat deze onderzoeksuitkomsten onomstreden zullen zijn. Meten is niet altijd weten. Wel ‘meer weten’.

donderdag, juni 07, 2007

Vort Jort


Ik las –vanzelfsprekend – belangstellend, deze week in de krant, dat Jort Kelder enige diensten wilde verlenen aan zijn vrienden bij De Pers. Volgens Marketngtribune.nl blijkt het van wel heel korte duur te zijn geweest. De beroeps schoffelaar heeft ‘m de grond niet ingekregen.

In ANWB Auto een voorpagina artikel (vervolgd op pagina 3) over de aangiftelijn voor grove verkeersovertredingen. Oorspronkelijk gedoopt “horkenlijn”. Dat laatste mocht niet van een rechter die deze naam als grievend en stigmatiserend kwalificeerde.

Een idee. De “Jort Kelderlijn”


Ja,, na de eerste AMMA uitreiking is het tussen Jort en mij nog niet goed gekomen.




woensdag, juni 06, 2007

Up en Down


"Oplage kranten stijgt wereldwijd (in 2006)". Dat nieuws las ik in op Adformatie.nl gisteren. Oud nieuws meende ik. Dat heb ik een paar maanden geleden al eerder gelezen. De volgende zin was wel een verrassing voor mij. “Ook de inkomsten uit advertenties zijn toegenomen.” Althans volgens de WAN. Daarna volgde nog een hele rits van weetjes waarmee je een ‘krantenmens’ een groot plezier kan doen.

Vandaag ontvang ik de Research Brief (van US Centre for Media Research).
1x raden.

First Quarter Newspaper Print Ads Down, Online Up!”

Zowel voor de kranten sites als de papieren versies. 1 ding is mij duidelijk:
De US is NOT the World, en andersom.

Gek word je ervan, die conflicterende nieuwsberichten. Wie kan je nog vertrouwen? Behalve jouw eigen ogen? Ik pleit voor 1 centraal wereldwijd gecoördineerd nieuwsberichten centrum. Dan kunnen dit soort verwarrende berichten gewoon niet meer.
Als het wel gebeurt, dan is het iedereen in de context direct duidelijk waar het om gaat.


Zou ik de BVA aan mijn zijde vinden?


1 dag later (7-6). Opnieuw Adformatie.nl. In Nederland dus wel een weersalg van het wereldbeeld van adverteren in kranten. Lijkt het.

donderdag, mei 10, 2007

Allemaal naar buiten?


Sex en reclame. Het is een combinatie die al decennia tevergeefs bestreden wordt. Expliciet of impliciet, ieder dag worden wij er mee geconfronteerd. Recent is er in Nederland ophef over een prominente afbeelding van een gouden bikini op een aantrekkelijke dame. Mede in dat kader, over de vermeende 'bimboficatie' van vrouwen, zeker ook in reclame. Het zorgde in voor 'zorgelijke' politiek correcte reactie van een aantal volksvertegenwoordigers.

Politiek correct ja. Want zij weten echt wel beter. Dat blijkt althans uit dit verhaal over Deense collega's.
Filmpje!

Denen? Ja, die begrepen ook al niet zoveel van de aangebrande reaxtie naar aanleiding van een paar cartoons.

Saai, nee. Wel recht door zee.

woensdag, mei 09, 2007

Dag, dag …..DAG

Daar sta je dan in een tomaatrood T-shirt dat je collega’s toe gilt: ‘Goede DAG’। Het voelt ongemakkelijk, want je associeert het eerder met Parijse barricades op 1 mei। Maar goede dag, dit is wel onderdeel van de nieuwe briljante campagne van de reclame tovenaars KesselKramer, die – wie kan het zijn vergeten – furore maakten met BEN. Direct al passend ‘geciteerd’ door een collega met “BEN benieuwd”.

Dat was ik zeker. Een week voor de introductie werd ik geconfronteerd met een ‘dummy’. Blij zei ik hier een mix in te herkenen van ‘De Pers’ en ‘nrc.next’. Betrekkelijk veel tekst en strak vormgegeven zoals de eerste, veel wit en hier en daar speels als de tweede. Dat beloofde wat!

Het zal vast niet meer aan mij hebben gelegen, maar het eerste nummer van DAG lijkt voor geen ‘millimeter’ op genoemde twee titels. Integendeel, als ik dan toch met referenties werk – de beruchte ‘vakjes’ techniek die veelvuldig wordt toegepast door muziek recensenten – dan schieten nu direct AD, Metro/Spits en Panorama in gedachten.

“Hallo regen!” brult de voorpagina over een foto van uitgelaten ‘shoppers’ onder een paraplu. Hierin herken ik een hoog AD-gehalte. Hoewel gehalte refereert aan inhoud, maar er hier een leegheid zonder weerga tentoongespreid wordt. Voor wie het niet helemaal zou begrijpen staat er onder in vette tekst “Droog, nat, heet: het Nederlandse klimaat verandert” (het had erger gekund met een rijm). Om te vervolgen met “Na 44 dagen van droogte is het eindelijk zover: het regent weer. Weg brandgevaar, weg uitgedroogde planten en bomen. En niemand die er over klaagt”.
Nu, ik wel. Over zoveel lamme leegheid. Ja, ja het weer is altijd nieuws. Ook al gaat het om niets meer dan de bevestiging van wat je zelf waarneemt. Er wordt niet voor niets zoveel over gepraat. Er zijn zelfs weer-TV-stations! Als dit maatgevend is voor DAG, dan kan ik de voorpagina van volgende week al wel bedenken.

Nou, nou hoor ik u fronsen. Het blijft natuurlijk niet bij een voorpagina. Er volgen er nog 35. Dat is wel een respectabel aantal. Blij ben ik er niet meer van geworden. De eerste keer bladeren verhult nog veel. Nadere inspectie openbaart een visuele kakofonie die uitputtend werkt. Kriebelige foto’s en nog kleiner. Info-graphics, iconen en vignetten. Kleurgebruik in de teksten die verblindend werken. Onder de KK-motto’s ‘de DAG begint goed’ en ‘dit is jouw DAG’ volgen er vier pagina’s met uitleg over de krant en alle cross mediale toepassingen. De DAG lezer kan namelijk participeren. Bijdragen leveren voor papier en Internet. Niet alleen tekst in de zin van letters, maar ook (bewegend) beeld en spraak. Je kunt jouw online DAG naar eigen behoefte inrichten en – natuurlijk - ook op je mobiel ontvangen.

Echt nieuw is het allemaal niet, maar er is hier wel sprake van een geïntegreerde kick-offf. In potentie levert dat nu misschien wel veel deelnemers op. Hoewel, de journaalverslaggever van RTL4 constateerde weinig animo onder de AH-klanten, die dagelijks DAG naast de boodschappen kunnen meenemen.

Ondertussen zijn er nu 4 gratis (werk-) dagbladen die tezamen iedere dag ruim anderhalf miljoen exemplaren de markt op pompen. Gezien de ambitieuze plannen, die er bij de vier floreren, zal dat aantal binnen een tijdbestek van een krap half jaar makkelijk met een miljoen exemplaren kunnen groeien.
De vier verschillen onderling genoeg qua inhoud en uitstraling om een eigen publiek te bevredigen. Welke vlucht dat gaat nemen is koffiedik kijken. Het mag geen geheim zijn dat ik persoonlijk de Pers een warm hart toedraag. Na drie maanden zet de Pers dan misschien wel voldoende exemplaren uit. Wat dat betekent is nog steeds niet zo duidelijk. Voor DAG oogt het perspectief wat dat betreft niet anders. Het gevolg is dat de Pers er tot op heden niet in is geslaagd om substantieel adverteerders te verlokken tot adverteren. De eerste twee nummers van DAG zien er wat dat betreft beter uit, maar dat biedt, zoals wij weten, geen enkele garantie voor de periode die op de introductie volgt.

Nu er zoveel gratis dagbladen gaan circuleren en er bovendien sprake is van inhoudelijke verscheidenheid, kan het niet anders dan dat de ‘betaalde’ dagbladen hier in toenemende mate last van krijgen. Vertaald in dalende oplagen. Je kunt niet lang volhouden dat het je dan om ‘strategische keuzes’ gaat. Ik las gisteren dat experts, die het kunnen weten, verwachten dat er op niet al te lange termijn alleen nog maar gratis dagbladen met een algemene strekking (nieuws) zullen bestaan. Kranten met een specifiek aandachtveld worden klein en ‘heel’ duur, als het zover is gekomen.
Vaag genoeg om bewaarheid te kunnen worden। Ondertussen is in een tijdbestek van een paar jaar het saaiste medium van de voorgaande decennia opeens opgebloeid tot een dynamiek die ik niet meer voor mogelijk had gehouden.

Dus per saldo: BEN positief। KesselsKramer had het overigens daar bij moeten laten.

donderdag, mei 03, 2007

Have a Life!



U hebt er vast van gehoord? Sterker, ik lees dat bijna 1 op de tien Nederlanders actief is in – of is her op – 2nd Life.



Dat vond ik opzienbarend. Toen ik er namelijk driekwart jaar geleden van hoorde was er wereldwijd sprake van een paar honderdduizend ‘spelers’. Want dat is het in essentie. Een spel waar in je kunt zijn wie je zou willen zijn. Althans, ook in 2nd Life moet je wel presteren. Met heel veel geld kom je ook een eind. En dat is waarschijnlijk de crux. Als het om geld gaat lopen Nederlanders immers in het algemeen niet achter in de rij. Het genoemde bericht suggereert het ook nadrukkelijk; “de helft van de ‘deelnemers’ heeft een account uit zakelijke overwegingen”.
Hmm, de keren dat ik er de afgelopen maanden over las, 2nd Life, had dat een seksuele context. Nieuwe deelnemers worden opgewacht door virtuele hoeren die je op een lapdance traceren en ook pedofielen hebben hier gesticht of gevonden wat in 1st Life onbetamelijk wordt gevonden. CDA jongeren en ‘de minister’ toonden zich verontrust.

Ook in dit bericht wordt hier aandacht aan besteed en grappig of tragisch genoeg blijken er ook kinderen te zijn die zich als volwassen voordoen en genoeglijk cybersex consumeren. Over maatregelen van de overheid.of Justitie heb ik niets meer gelezen. Hoe zou dat ook kunnen? We hebben het hier over iets dat niet bestaat. Behalve als er natuurlijk geld aan te pas komt. Als daar echter een cyber wisselkantoor aan te pas komt, dan klinkt mij dat ook nog niet zo makkelijk in de oren. In relatie tot opsporen.

Afgezien van bovenbedoelde minkukels moet er toch meer aan de hand zijn? Kijk, dat BNN en Talpa er actief zijn, dat is begrijpelijk. Cross mediaal, u weet wel. Maar dat Randstad er ook actief is, dat lijkt verrassend. Je kunt toch immers zijn wie je wil zijn? Kennelijk niet. En om als ‘loser’ niet continue in die Haagse strandtent rond te hangen, komt Randstad dan natuurlijk goed van pas. Wat zou Randstad daarvoor ‘beuren’?

Terug naar die ‘1 op de tien”, nu ja bijna, er is namelijk sprake van 8,5%. Dat zou betekenen dat er momenteel ‘bijna’ anderhalf miljoen Nederlanders een 2nd Life leven.
Waarvan ongeveer 750.000 met zakelijke motieven. Verbluffend. Verbijsterend.
Waar was ik de afgelopen tijd?
Op gestaan en een rondje gemaakt. Dan moeten er toch flink wat collega’s regelmatig virtueel rondhuppelen. Ook meteen gevraagd of zij kennis hadden ‘aan een Jekyll & Hide’ Het viel tegen/mee.
Twwe personen gaven toe een account te hebben maar niet heel actief te zijn. Sommigen – Let wel, het is hier een mediabureau! – hadden geen idee van dit leven.
Maar eens even gekeken op de start site. Wat lees ik daar?

Heel even word ik overvallen door trots, er zijn ‘net’ iets meer dan 6 miljoen bewoners van 2nd Life. Wat een wereldburgers zijn wij toch, wij vertegenwoordigen mooi 25% van deze wereld!
Even later stort de virtuele euforie wreed aan flarden. Op de Nederlandse site blijkt de 50 duizendste deelnemer te zijn geregistreerd. Het kan natuurlijk zo zijn dat wij als wereldburgers .nl links laten liggen en niet minder willen dan .com. Maar het lijkt mij voorlopig een illusie. Een hype, waar de Engelse muziekpers een puntje aan kan zuigen.

Hoe zit het dan met dat onderzoek? Onder 5572 Nederlanders, dat zijn er niet te weinig. Vermoedelijk een populatie van ‘gamers’ en andere ICT ‘nerds’. En dan is die 8,5% opeens weer geruststellend weinig.

Ik tik ze vriendelijk op de virtuele schouder: “Jongens, get a life”.

maandag, april 02, 2007

Gadget Mania 2 Electronisch papier?


Op sommige dagen vallen puzzelstukjes spontaan op hun plaats. Zo las ik op Adformatie dat Volkskrant en NRC hun ‘krant’ binnenkort gaan publiceren op elektronisch papier.
e-Papier? Zeker met e(lektonische)-inkt? Ja zeker.

Een nieuwe toepassing om tekst overal makkelijk te kunnen lezen met een licht apparaat. Verlost van het gewicht van papier. Dus ook rapporten, boeken, bedenk het maar. Bovendien, hier komt de inkt-toepassing, kan je zelf schrijven op het scherm – formaat ‘lei’ – en die tekst bewaren en/of omzetten naar rapportvorm. Han-diggg.

Tegelijkertijd komt via WARC een kort verslag van ‘the World Editors Forum, part of the World Association of Newspapers’. Hoofdthema is hier dat de redacteuren optimistisch tegen de toekomst aankijken. Het groepje ‘zieners’ in dit gezelschap blijkt echter beperkt. Maar 7% ziet een belangrijke rol weggelegd voor e-papier.

Ik begrijp die 93% wel. In de eerste plaats vertegenwoordigen die 7% vermoedelijk de redacteuren van de Brabant Pers. De iLiad is namelijk door de buren (Philips gelieerd) ontwikkeld. Andere mensen kunnen nauwelijks op de hoogte zijn – stel ik maar even chauvinistisch – omdat het apparaat natuurlijk nog ver van de winkel verwijderd is. Lekker opportunistische jongens daar bij de Volkskrant en NRC, hoor ik u denken. Misschien, maar het past wel goed in het streven bij de PCM om het klassieke papier niet meer leidend te laten zijn in hun ondernemingsplan. Nu het, door mij niet onverwachte, echec met Arrow duidelijk maakt dat ook PCM maar moeizaam multimediaal kan opereren is het een duidelijk signaal dat men in Amsterdam ‘future basic product extentons’ omarmt. Een nuchtere schoenmaker/leest benadering.

Persoonlijk vind ik de iLiad een prachtig apparaat, ik zou het wel willen bezitten. Tegelijkertijd staat het mij tegen. Nog een apparaat, en niet zo’n kleintje ook.
Doe mij een plezier, en integreer ook nog even de TomTom, MP3-speler, video/foto-viewer en niet te vergeten de telefoon. Moet kunnen.

Dan voorspel ook ik, samen met die 7%, het onnavolgbare succes van de lLiads.
De iLiads? Klinkt als de titel van een goedkope SF-roman.

donderdag, maart 29, 2007

Gadget Mania 1


Nooit gedacht dat ‘ik’ de 'Romantics' nog eens zou kunnen bestempelen als SF zieners.
Naar aanleiding van de ‘kop’ en openingszin bent u niet minder verbaasd.

Het ‘klikte’ bij mij, bij het zien van een kussen uitgerust met een bluetooth technologie. Bellen met je kussen. Wat zullen een groot aantal mensen hier op hebben liggen wachten. Onbewust dacht de Bright redacteur ook aan de Romantics. Gezien zijn afsluitende zin.


Achteraf bedacht ik dat het lied in deze context beter bij Modern Talking had gepast. Ook al, omdat ik mij de Romantics liever heinner door 'What l like about you'.

Niet jouw belkussen!

woensdag, maart 28, 2007

Ferryesque


Met een nieuwe CD onder de arm, waarop vertolkingen van Bob Dylan songs, deed Bryan Ferry dinsdagavond 27 maart 2007 de Heineken Music Hal aan. Na de hernieuwde ontmoeting met Roxy Music in 2006 op Bospop was ik er op voorhand graag bij. Groot was dan ook mijn vreugde toen Arrow een kaarje voor mij bleek te hebben.

Persoonlijk heb ik een enorme hekel aan de stem van Bob Dylan. Niet om aan te horen. Dat zijn liedjes grote kwaliteit bezitten is echter door de jaren heen via andere artiesten ruimschoots bewezen. Ferry heeft een bijzondere voorliefde voor het materiaal van de man. Sinds zijn eerste soloplaat uit 1973 heeft hij regelmatig songs van Dylan opgenomen. Het optreden gistern was een groot feest. Altijd in voor een overdonderende introductie, werd gestart met 'the Incrowd" waarin 14 m/v de geluisstechnicus het nodige werk bezoegden. Daarna ging het kriskras door materiaal uit zijn solo carrière en kwamen bepaald niet alleen Dylan songs aan bod. Ik kan het hier natuurlijk gaan beschrijven, maar alles dat er over te zeggen valt staat in de recensie in het Parool. Ferry regeert!

maandag, maart 26, 2007

Tien Tien Tien Tien

(Weken niks, en dan 2 'posts' op een dag? Ik kon het niet laten)





…Zo hoor je wel eens juichen in het voetbalstadion. Hoe anders is het in de Nederlandse pers en overige journalistiek. Zodra Tien met welke aanleiding dan ook in het nieuws kan worden gebracht, dan krijgen wij lezers dat breed uitgemeten. Altijd in een ‘duim omlaag teneur’. Je kunt je er wel over verbazen, echte antwoorden blijven uit. Natuurlijk jaloezie, naijver, afgunst en nijd spelen een rol. Dat alles mondt uit in animositeit. Triest. Om te zien en om te lezen.

Deze keer ‘trapte’ de Telegraaf tijdens mijn vakantie, zo las ik later, ‘af’ voor een nieuw ruimhartig weekje Talpa ‘bashing’. En weer vliegt iedereen er vol tegenaan om eens even ‘heb je een uurtje’ uiteen te zetten waarom Tien/Talpa niks is, kan zijn en zal worden.
Waar komt deze nieuwe uitspatting vandaan. De Telegraaf wist te melden dat De Mol ‘strategische gesprekken voert over de toekomst van Tien. Ook met RTL. Waarop het AD ons de ‘scoop’ trakteerde dat ook met SBS gesproken werd. Opmerkelijk dat de ‘journalistiek’ en ‘vak-intelligentsia’, die normaal gesproken van weinig waardering blijk geeft voor De Telegraaf, dit voorpagina nieuws breed omarmde.

Vreemd ja, want De Mol had een jaar geleden al aangekondigd om al dan niet in het kader van een tweede Talpa-zender, te zullen spreken met gegadigden, RTL en SBS daarbij specifiek genoemd.

En ja Tien scoort ook nog steeds niet die door De Mol beoogde 10% marktaandeel. Maar welke zenders doen dat nu wel?
Door in de Telegraaf-opening de toevoeging ‘verlieslijdende zender’ te noteren blijken ondertussen ook alle Tien-sterren naarstig op zoek naar ander emplooi (maar bij de ‘publieken’ komen zij er natuurlijk niet meer in. Het komende half jaar….), en blijkt een belangrijke programma sponsor, de Postcodeloterij, ook te overwegen haar programma’s ergens anders onder te brengen.

In het AD van afgelopen zaterdag stond over 2 pagina’s een uitgebreid verslag van het verloop van het nieuws rondom en over Tien in de afgelopen week. Een aaneenschakeling van veronderstellingen en omroep-incrowd-‘hear say”. Het eindigt met de constatering dat De Mol en woordvoerders (vrijwel) niets zeggen: “stilte voor de storm” zo sluit AD af.

In een glas water, zegt Alle.

Evengoed zijn een week lang heel wat pagina’s gevuld geraakt, en heeft iedereen die daar behoefte aan had, van uit slechte en goede reden, weer eens lekker zijn hart kunnen luchten.
Ik dus ook.




In de na stoot:

Heel, Heel vreemd dat er in dezelfde pers maar zo lauw wordt gereageerd op het advies van de APR voor Amsterdam en omstreken om RTL7 te slachtofferen ten faveure van een Arabische zender. Wat beweegt zo'n APR eigenlijk? Goed voor wat diepte journalistiek. Sweet dreams' .....Alle

Nederland: Onderzoekland !


Dat mag je toch wel stellen.
Daar hoef je geen onderzoek voor te doen. Wat dat betreft is geen onderzoek naar Irak (oorlog participatie) eigenlijk een sprookje (ongelofelijk).

Waar komt deze eruptie vandaan, vraagt u zich vertwijfeld af? Wel, ik lees zojuist dat onderzoek de toename van eenvormigheid (van muziekaanbod, aw) op de Nederlandse radio heeft bevestigd.
Zeker, dat was nodig.

Wat is er dan onderzocht? De speellijsten van de verschillende stations, zijn die gedurende een week of twee onder de loep gelegd?
Nee hoor, een vragenlijstje is voorgehouden aan ruim 600 respondenten, van wie 90% ouder dan 20 jaar. Wel 65% van deze ondervraagden is het eens met de stelling dat muziek die wordt uitgezonden op de populaire stations, de afgelopen jaren meer op elkaar is gaan lijken. ? Maar 65%, vraag ik mij dan af?
Wie zijn in godsnaam dan die ander 35% geweest? Laten wij hopen dat ‘zij’ geantwoord hebben: “weet ik niet”. Dan te bedenken dat het vast een voorgekauwde stelling is geweest, normaal gesproken is het ondenkbaar dat 65% tot een dergelijk eenduidige formulering komt.

Ook is ‘men’ ontevreden over het muziek aanbod; “Liefst 32% van de 90% vindt dat er te weinig muziek wordt gehoord die zij leuk vinden”. Nu is 32% volgens mij een riante minderheid, maar dit soort ‘quotes’ onderstrepen de volstrekte onzin van dit soort ‘onderzoekjes’. Er zit immers een hemelsbreed verschil tussen horen en draaien.

Een volgende ‘eye-opener’ meldt dat ‘de indruk bestaat dat veel DJ’s plaatjes draaien die zij zelf leuk vinden’. Veel is kennelijk bijna 100%, dat vermoed ik omdat het % niet genoemd wordt. Treurig, want in elk artikel dat in krant of tijdschrift aan DJ’s wordt gewijd kan je lezen dat alleen de absolute ‘toppers’ zo 1x in het uur iets naar eigen smaak mogen draaien. Let wel, onder de voorwaarde dat het past in het ‘format’.
De werkelijkheid is natuurlijk helemaal andersom. DJ’s haten veelal de muziek die zij moeten draaien. Dat is de reden dat zij gedurende programma’s oeverloos uit de nek zitten te kletsen. Tegenwoordig ondersteund door allerhande ‘side-kicks’.
Daar komt nog eens bij dat die formats gebaseerd zijn op onderzoek naar de muzieksmaak van de reguliere luisteraars van dergelijke stations. Echt, elke luisteraar krijgt de muziek die hij/zij verdient!
Lulkoek dus, dit onderzoek (maar dat wist u natuurlijk al).
Rest de vraag wie er belang bij heeft dat deze onzin ons netvlies bereikt? Excellent Radio, jawel. Heel hip geafficheerd als XLnt Radio. Een nieuwe aanbieder van 12 unieke radiostations, Zonder geleuter en reclame via de kabel van CAIW.

Ah ja……

woensdag, maart 07, 2007

Controversiële krant

Wat zou Jan Dijkgraaf drijven? Dat vraag ik mij af naar aanleiding van het item op Marketing Tribune. Als oud-hoofdredacteur van Metro voelt hij zich geroepen om De Pers nog maar eens af te branden, en bovendien een bom te plaatsen onder het tariefbeleid van de krant. Bovendien zou de distributie niet kloppen, het bereik beperkt zijn (als het eerste waar is, dan zou het tweede achterwege kunnen blijven) en er redactioneel gezwalkt worden. Misschien wordt het allemaal helder uiteengezet in de papieren versie van de MT, maar op basis van deze verzameling ‘aantijgingen’ uit context leest het een beetje kleinzielig.

Toch is dit soort reacties aan De Pers zelf te wijten. Wij worden in de communicatiebranche niet bepaald platgewalst met informatie over de krant. In de recente nieuwsbrief wordt aangekondigd dat een versnelde toetreding tot NOM is verkregen. Dat is mooi, maar de eerste resultaten zijn niet eerder dan aan het eind van dit jaar te verwachten. In de tussentijd zou het goed zijn als er door De Pers wat eigen initiatief op dit terrein zou worden ontplooid. Dat kan natuurlijk best. Dan zullen er wel collega media zijn die daar kritiek op hebben, maar er is een ruim aanbod goed aangeschreven onderzoek bureaus beschikbaar, die weten er wel weg mee. Het resultaat is dat adviseurs en adverteerders in ieder geval beschikken over indicaties.

Je kunt het natuurlijk ook overlaten aan de adviseurs. Collega bureaus Stroom en UM lieten onafhankelijk van elkaar onderzoeken uitvoeren naar De Pers. Goed initiatief van de bureaus, maar niet noodzakelijker wijs ook goed voor De Pers. De regie ben je immers kwijt. Door verschillende uitgangspunten van de onderzoeken komt er een hutspot aan informatie vrij die zeker voor de leek flink verwarrend kan zijn. De laatste alinea van de aandacht op Adformatie.nl spreekt voor zich. Al die cijfers over bekendheid en gedrag dat misschien plaats heeft zijn in mijn ogen aardig maar niet zo belangrijk.

Wel belangrijk zijn in mijn ogen de indicaties dat de reacties op De Pers stevig uiteenlopen. Lezers vinden het fantastisch of niks. En dat is mooi, Het betekent immers dat er inderdaad voor het derde gratis dagblad een ‘markt’ is. Dat kern lezers van andere titels De Pers alleen zullen lezen als de eigen titel ‘op’ is en omgekeerd is niet verwonderlijk. Dit is Nederland.

Ondertussen heb ik een aantal slappe inhoudelijke nummers van De Pers gezien die niet meer dan 16 pagina’s telden, Maar ook al een flink aantal uitgaven waar de long copy mij toelachte in een 24 pagina omvang. De Pers is geboren en heeft op tal van terreinen groeistuipen, maar dat hoort bij starten in dit leven. Ik noem Talpa?
Dus Dijkgraaf cum suis doen er voorlopig beter aan om zich te richten op het eigen werk. Ik hoop dat we dan over een jaar of twee een echte balans kunnen opmaken. Dan zou het best kunnen zijn dat het eerste jaar niet goed was, maar dat telt dan vermoedelijk niet meer.




O ja. De plaatjes. Staan te boek als controversiële advertenties. Niks mis mee toch?