maandag, december 15, 2008

Non Discussie? Over fragmentatie van TV kijken!

Non discussie? Door wie dan?
(voor begrip van onderstaande tekst verdient het aanbeveling om de aanleiding via bovenstaande link tot je te nemen)
Vanaf het moment dat commerciële televisie zijn intrede in de Nederlandse markt heeft gedaan, wordt er gesuggereerd dat het TV-bereik fragmenteert. En dat is zo. Er kan gekozen worden uit meer zenders. Daar bekijken consumenten programma’s. Hierin zit meteen de crux van de fragmentatie discussie. Mensen die TV kijken, kijken naar programma’s. Voor het overgrote deel van de kijkers is het niet of nauwelijks van belang waar dat programma wordt uitgezonden. Wat je dan ook ziet is dat exploitanten van de brede publiekszenders (PO, RTL en SBS) allen in staat blijken om 80-90% van dekijkers te bereiken. Dat is in de afgelopen jaren de basis geweest voor de zogenoemde ‘2 exploitanten deals’ die populair waren (zijn) in een poging om de kosten per GRP zo laag mogelijk te houden (maar dat is een andere discussie).
Feit blijft dat televisie door de verbreding van het aanbod aan zenders, en daarmee programma’s, veel meer mogelijkheden tot segmenteren heeft gekregen. Adverteerders betalen voor bereik in de doelgroep 20-34 – die kijkt ‘zo’ slecht TV (?) – al meer dan 10 jaar veel minder dan in de tijd dat Nederland nog gezegend was met 3(!) publieke zenders, waar slechts mondjesmaat geadverteerd kon worden.

Het hele fragmentatie verhaal is momenteel dus inderdaad vrij onzinnig, en wordt vooral in stand gehouden door partijen die er baat bij hebben dat adverteerders twijfelen aan de mogelijkheid van het medium om binnen doelgroepen een (effectief) bereik en effectieve contactfrequentie te realiseren binnen een relatief korte tijd tegen zeer acceptabele kosten.
Dat het Spot 2008 rapport het fragmentatie verhaal opeens doet oplaaien, zal dan ook een onbedoeld effect zijn. Paul van Niekerk mag dat best eens fermer pareren. Hij zit immers boven op de cijfers die mijn betoog staven.

“Ja maar” hoor ik alle mensen roepen die iets meer kennis van zaken hebben; “wat dan over ‘overload/clutter’, reclame vermoeidheid, -weerzien, -vermijding?”. Dat komt toch door die fragmentatie?
Ik vind van niet. Dat de markt met 10 zenders heel goed te bereiken is, en met 20 nagenoeg helemaal, biedt in potentie de mogelijkheid om die fenomenen veel beter te beheersen dan nu gebeurt (want daar kan ook ik mijn ogen niet voor sluiten). Maar dat is dus die andere discussie. Een discussie die te maken heeft met concurrentie om de advertentie Euro door de zenders en het onder andere daardoor stevig gevoede gevoel aan adverteerderzijde dat bereik en contacten op televisie niets mogen kosten. De planning er van trouwens ook niet. Het heeft TV-planning 20 jaar terug in de tijd geworpen en zorgt op allerlei fronten, niet in de laatste plaats bij de TV-kijker voor onvrede.


Dat gezeur over fragmentatie van televisie kijken sec, is dus vooral een non discussie, ja..

woensdag, november 26, 2008

Hoedje van papier


Het is al weer een week geleden. De eerste bijeenkomst van/voor de leden van het LinkedIn Group initiatief Dutch Media Professsionals / Rethinking Media. Gerekend naar de bestaansduur van de groep is veel bereikt. Althans, ondertussen zijn ruim 4000 mensen die ‘iets’ met media hebben lid. Nu is dat vrij gemakkelijk, en je ziet mensen dagelijk achteloos lid worden van 4,5 groepen tegelijkertijd. Dus je vraagt je af; “betekent zo’n groep ook werkelijk iets. Met betrekking tot Dutch Media Porfessionals (DMP) kan ik uit de eerste hand vaststellen dat het antwoord bevestigend luidt. Aan het eind van de zomer woonde ik een bijeenkomst van beperkte omvang bij in restaurant Dauphine. Doel was om leden van het eerste uur die hadden aangegeven actief te willen bijdragen aan “Rethinking Media” met elkaar in contact te brengen. Daar werd toen de bijeenkomst van 19 november reeds aangekondigd, zonder dat er al een duidelijk beeld was van het programma.

Het mag gezegd, de bijeenkomst in de Rode Hoed was in meerdere opzichten een groot succes. Qua opkomst misschien op het eerste gezicht niet verwonderlijk. De roegang was gratis voor de leden. De 450 plaatsen waren in ‘no-time’ vergeven, waarna er zelfs een wachtlijst ontstond. Belangrijker en roemenswaardig was de organisatie, die een uiterst professionele indruk maakte. In een media waardige setting met flitsende beeldschermen en zoemende camera’s (virtueel dan, want digitaal zoemt niet). Last, maar niet in de laatste plaats was daar het programma. Dat had in Rick Nieman een aimabele, vaardige gastheer die een flink aantal media BN-ers ontving en aan de tand voelde. Op verschillende plaatsen (hier, hier en hier) kan je kennisnemen van verslagen.
Wat uiteindelijk de meeste ophef veroorzaakte was niet de scoop van ‘PR’ de Vries dat hij over 5 jaar misschien wel geen tv-programma’s meer maakt (zo kan ik het ook), maar wel de ontboezemingen van Sp!ts-hoofdredacteur Bart Brouwers. Aan tafel, samen met Parool’s hoofdredacteur Barbara van Beukering werd gesproken over het bepalen en betalen van het nieuws. Brouwers gaf zonder omwegen toe dat hij in Sp!ts vergaande handreikingen doet aan adverteerders. In de redactionele kolommen, wel te verstaan. Ingehouden adem, gesis. Ik keek even verbaasd om mij heen. Was dat een verrassing in deze zaal? Gespeeld of niet de verontwaardiging was weer eens niet van de lucht. Op deze wijze werd het journalistieke gebod “Gij zult u in uw schrijven niet met commercie inlaten” met beide voeten tegelijkertijd bruut getreden. Brouwers erkende het deemoedig, gaf aan het inderdaad anders geleerd te hebben – volgens het klassiek journalistiek evangelie – en volharde in zijn gekozen richting.
Waar moet dat naar toe foeterde Boertjes van de Volkskrant, die terloops ook toegaf wel eens een ‘ongelukje’ in zijn krant tegen te komen, en van Beukering viel bijna van haar stoel.

Ik heb het er al eens eerder over gehad hier, journalisten moeten niet zo krampachtig doen. In de eerste plaats zijn hun lezers – jawel, ‘hun lezers!’ – lang niet zo dom, of goedgelovig als zij kennelijk veronderstellen. En het betekent niet dat zij (journalisten) braaf moeten opschrijven wat adverteerders hen voorkauwen. Dat gebeurt meestal niet. Ook niet bij Sp!ts. Ongelukjes, 'die' gebeuren overal. Waar het aan het eind van de dag om gaat is of die lezer van plan is om de volgende keer opnieuw de betreffende titel ter hand te nemen om zich te – laten – 'informeren'.

Misschien kunnen we deze voortdurende stammenstrijd afbreken door de gratis kranten een andere naam te geven. Anders dan kranten. Maar pas op (echte) kranten. Weet waar je afscheid van neemt. Want dankzij Sp!ts en aanverwanten kunnen kranten sinds een paar jaar wel weer ‘claimen’ ook jongere lezers te bereiken. Ruim 10 jaar geleden wezen de media onderzoeken (Summo) uit dat het dagelijks informatief papier op uitsterven aanstuurde. Daar is nu geen sprake meer van (media imperatives).

De foto’s werden gemaakt door Steven Snoep en Ferdinand Sennema




woensdag, oktober 29, 2008

Spookverhaal

De recessie houdt de gemoederen niet zo een beetje bezig. We worden door een ware tsunami van media aandacht murw gebeukt en voelen ons ‘met z’n allen’ steeds ongemakkelijker. Onwillekeurig laten wij ons meesleuren met de trekstroom die ons verleidt het even kalmer aan te doen, en… een extra spaarrekening te openen. Veilig idee!

Communicatienieuws hoofdredacteur Bas Vlugt klopte afgelopen maandag op mijn virtuele mail deur met het verzoek om een reactie op de onderstaande vraag. Eerlijk is eerlijk, ik kon de verleiding niet weerstaan. De bijdrage is ondertussen al hier te lezen. Maar als je moe bent van het surfen, dan kan je het ook hieronder lezen. In de niet geredigeerde vorm.

De vraag
Dat de advertentiebestedingen op dit moment teruglopen, is duidelijk. Maar hoe zit het precies? Hoe hard gaat het naar beneden? Welke soort adverteerders trekken zich het eerst terug en welke adverteerders hebben het lef om anticyclisch te gaan? Welke mediatypen worden het hardst getroffen? En tot welke mediatypen neemt de adverteerder in barre tijden de toevlucht? Wat zijn de kansen voor de mediatypen en hoe kunnen media hun kansen vergroten?

Het antwoord
Dit is ‘een’ vraag uit de categorie “heeft u een dagje”. Daarom maar enige ‘capita selecta’.
Wat teruglopende advertentie bestedingen betreft, staat buiten kijf dat de financiële sector en vooral diensten en producten op het gebied van belegging en vermogensbeheer uiterst behoudend opereren. Nu de berichten over een gearriveerde recessie steeds sterker worden, zullen consumenten op korte termijn nadrukkelijker afwegen welke aanschaf voor korte en/of langere termijn uitgesteld kan worden. Dat zullen in eerste instantie vooral zeer grote investeringen zijn. Zo kan de nieuwe keuken nog wel een jaar wachten. Als de auto echt vervangen moet worden wordt er een goedkoper substituut gekozen, of een kleinere auto. Dat laatste fenomeen doet zich al wat langer voor en biedt bijkomend het milieu excuus. Maar, ook dat dure horloge kan wel even wachten. Afhankelijk van de persoonlijke situatie van mensen zal zich dat op alle niveaus doen gelden, maar tegelijkertijd zijn wij met zijn allen tegenwoordig zo individueel, dat een eenduidig recept niet bestaat.
Van alle voorgaande recessies is de les geweest dat marktleiders het relatief gemakkelijk hebben om de positie te behouden en zelfs te versterken als zij de reclame- en marketing inspanningen op peil houden. Wie het zich kan veroorloven ‘pakt’ nu en straks een extra stuk van de markt en verhoogt de inspanningen. Of dat realistisch is? De markt bestormers zonder een flink ‘bruggenhoofd’ krijgen het moeilijk. Of juist ‘de’ kans in het segment waar de marktleider(s) zich veilig wanen en menen rustig aan te kunnen doen. Vooral de mobiele telefoniemarkt wordt een interessante om te volgen.

De recessie is slecht nieuws voor alle betaal initiatieven in nieuwe media. Consumenten vielen ook in het verleden terug op vertrouwde massamedia die weinig kosten met zich mee brengen. Maar wat is vertrouwd? Ik vraag mij af of PCM niet iets te vroeg heeft besloten om DAG op te geven. Gratis is de komende tijd een gewild alternatief voor betaald.
In het licht van het voorgaande zullen ook magazines die in hoge mate afhankelijk zijn van bijzonder luxe producten het zwaar krijgen. In dat segment is de laatste jaren het aanbod fors toegenomen. Nu gaat het opbreken als HOI en NOM cijfers straks ontbreken. Van TV zullen zich ongetwijfeld kleine adverteerders terugtrekken. Dit tot groot genoegen van de traditioneel grote adverteerders. Niet noodzakelijk goed nieuws voor de TV zenders, maar ik zie voorlopig geen wegvallende reclameblokken. De rol van veel vormen van Internet reclame neemt versneld toe, maar allerlei initiatieven van IPTV tot mobiele TV zullen vermoedelijk nog wat geduld moeten gaan oefenen.

Nu over een jaar eens echt kijken hoe het gelopen is. Want het omgekeerde zou in een aantal gevallen ook goed denkbaar zijn.

maandag, oktober 27, 2008

De zanger met de ondenkbare stem

Is het een personage uit Lord of the Rings? Nee, het is Robert Wyatt. De zingende drummer wiens stem je nooit meer vergeet. Door rillingen van extreme emotie. Afschuw of ontroering. Wat mij betreft het laatste. Voor de zoveelste keer worden zijn platen opnieuw uitgebracht. Dat is niet voor niets, hoewel ik bang ben dat steeds de zelfde mensen weer worden verleid tot aanschaf daarvan. Want als je valt, dan val je als een baksteen. Een van zijn mooiste liedjes 'Memories' is heet verdienstelijk 'gecovered' door Withney Houston. Dat deed mij inzien dat zij toch echt wel kan zingen. Maar er gaat niets, maar dan ook helemaal niets, boven de Wyatt versies.

De recencies van de juist opnieuw uitgebrachte albums lees je hier.




Nog beter dan lezen is luisteren. Ergens op het net, maar veel beter nog naar de cd op jouw eigen stereo! Een 'kier' naar die betere wereld. Dat is een sprookje.

zondag, september 07, 2008

Crisis! What Crisis?

Beetje jaloers was ik wel. Die kop had ik graag zelf ingebracht, want hij past wonderwel in dit blog concept (zie ondertitel). Het laatste half jaar niet actief geweest hier. De wereld raast door, maar ik heb niet het idee dat er nu wezenlijk stappen worden gemaakt? En om nu iedere keer door te blijven zagen over de zelfde onderwerpen, dat is zowel voor de schrijver als voor de lezer - denkt de schrijver - niet heel erg inspirerend. Daarnaast is het simpelweg een kwestie van druk, moe geweest. Kijken of het met de start van een nieuw (?) seizoen na de zomer weer op te pakken is?
Zo werd ik weer eens door Bas Vlugt van Communicatienieuws benaderd om een bijdrage te leveren aan de rubriek Forum. De kwestie van deze week luidde: "Er heerst nogal wat verwarring over de recessie. Zitten we in een recessie, moet ie nog komen, zijn we er al uit of komt ie helemaal niet? Storten de advertentiebestedingen nu in of zijn ze juist hoger dan ooit? Of verschuiven ze alleen maar en zo ja: waar vandaan en waar naartoe? En waarom blijft die arbeidsmarkt maar zo krap of zijn we straks juist allemaal werkloos?"

De vraag was dan ook "Hoe staat het met de crisis in de communicatiewereld? Hoe staan we ervoor, wat gaat er veranderen, wat is jouw visie op de conjunctuur in de communicatie?"

Hier kan je lezen wat mijn mening is, en waar die lichte jaloezie vandaan komt.

donderdag, juni 12, 2008

Apeldoorn? Wereldstad!

Sinds heugenis houdt iedereen die iets voor reclame voelt van de serie "Even Apeldoorn bellen...". Vaak brilhant, en zo niet, dan toch altijd een paar keer de moeite van het zien en horen waard. De wereldwijde reclamebranche kent CB ondertussen wel, maar nu slaat het verzekeringsbedrijf de vleugels uit naar consumenten buiten Nederland. Een verbod op uitzending via de TV maakt dat mogelijk. Onbegrijpelijk als je de inhoud afzet tegen de gemiddelde Benneton uiting uit de jaren 80-90. Maar veelzeggend in een land waar Christen Unie een stempel drukt op alles wat het niet zint. Zoals gebruikelijk bereiken ze het tegendeel. Heel de wereld zal aan "Adam" worden blootgesteld. Apeldoorn wordt het centrum van het Universum. Gefeliciteerd!


zondag, mei 25, 2008

5 Jaar 'onverwacht' Beeld

Gisteren, 24 mei, vierde Hib Anninga het 1e lustrum van zijn oorspronkelijke beeldentuin die in rap tempo evolueerde tot Anningahof.
Het bleek – achteraf – enorm boffen dat de man die het nieuwe seizoen insprak een week eerder verhinderd bleek te zijn. Een zaterdag geleden was het weer dramatisch, terwijl 24 mei de boeken in gaat als een zonovergoten dag met een flauw briesje en daarmee een fantastische temperatuur.
Een ruime opkomst aan gasten begroette rond half drie Rudi Fuchs die vanuit Olaf Mooij’s discomobiel, breedsprakig en lyrisch het ‘wonder’ van Zwolle van cachet voorzag. De in ruim getal aanwezige – exposerende - kunstenaars zullen het hebben weten te waarderen. Fuchs verwoorde ongetwijfeld hun eigen gevoelens, die hen er toe brachten met enthousiasme deel te nemen aan deze expositie, in een ‘setting’ die in Nederland zijn gelijke nog niet kent.

Na Fuchs’ rede, zwermden wij uit over het ‘hof’ op zoek naar de nieuwe aanwinsten. Omdat er ook veel beelden een andere plek hadden gevonden zag er allemaal weer spannend anders uit dan een half jaar geleden.
We sloten de dag af ergens in het hart van Zwolle, aan een tafel met kunstenaars behorend tot een ‘Amsterdams’ collectief: De Service Garage. Het gezelschap bleek een stuk aangenamer dan het eten, dus het goede gevoel bleef overheersen.
In de reclamewereld hoor je nog wel eens dat ‘een beeld meer zegt dan duizend woorden’. In die context opent Anningahof 2008 je ogen voor een bijzonder verhalende wereld.
'Dat zouden meer mensen moeten beleven'.

zaterdag, april 12, 2008

Andere tijden 2

Kijk, op pagina 3 van Adformatie 15 een voorspeller van de zoveelste ziener. Je zou er bijna over heen lezen, maar het gele áccent op de eerste twee letters deed zijn werk:

“Reclame verdwijnt uit traditionele media”

De ziener blijkt een trendanalist, Justine Marseille. Voor wie het gemist heeft zal ik de kern van het betoog dat zij woensdag/donderdag 16-17 april in de HMH afsteekt hier – geheel tegen mijn gewoonte – herhalen.

"De nieuwe technologie maakt het mogelijk om het product te maken dat je wilt hebben en het komt ook nog naar je toe ook. Oude marketing was wel heel erg plaats gebonden. De winkel en informatie daarover via radio en TV is een heel inefficiënt systeem. Internet zorgt er voor dat vraag en aanbod overal zijn. En over reclame zegt Justine: Beïnvloeding door reclame verdwijnt niet maar de zender gestuurde beïnvloeding wel. Je krijgt veel meer bron informatie. En dus gaat d winkel als marketingkanaal een groot aandeel verliezen, de traditionele media gaan terug naar redactionele inhoud en reclame verdwijnt uit de media.”

Tja, wie ben ik dan om te gaan beweren dat het niet zo is. Maar internet is er ondertussen al een tijdje, en de komende paar jaar zie ik niet dat het zo’n vaart gaat lopen.

Het is dan ook jammer dat Justine niet wat uitdagender is. Het zou een stuk spannender zijn als zij ook een tijd duiding aan deze trend voorspelling zou hangen. 2010, 2050, 2100?
Het kan nog, misschien van de week tijdens haar praatje. Maar ik denk het niet.

Ik heb zoveel reclame revoluties horen en zien voorspellen, dat ik daar niet meer in geloof. Evolutie vind ik dan weer wel heel aanvaardbaar. Dit scenario ligt dan eerder in de buurt van 2050 dan 2010, denk ik. Hoewel ook ik als liefhebber van science fiction moet toegeven dat ontwikkelingen steeds sneller gaan.
Dir soort praatjes doet mij altijd weer denken aan onze huidige MWG-voorzitter. Hij hield mij eens voor: “als het gebeurd ben ik de pief, want dan weten ze nog wel dat ik het gezegd heb en gebeurd het niet, dan herinnert niemand zich dat meer”.
Maar al te vaak heb ik sindsdien kunnen constateren dat dit principe exact zo opgaat. Het grappige is wel, dat ik het sinds die tijd vaak nog wel weet.

Weet u wat? Als het zover is dan bevestig ik het hier.

vrijdag, april 11, 2008

Andere tijden ? 1


Metro botst met kranten over onderzoek, zo opent Adformatie 13 van twee weken geleden. Natuurlijk gaat het ook om geld. Geld dat Metro ‘opeens’ in ruime mate dient te betalen voor rapportage van haar bereikcijfers in NOM. Of dat terecht is, daar kan ik niet over oordelen, en dat is voor dit stukje eigenlijk ook niet zo belangrijk.
Wat mij opviel was dat Metro-man Silvio de Groot het Cebuco verweet “dingen te doen die tegen gratis kranten zijn gericht”. Daarbij verwees Silvio naar een Cebuco publicatie van enige tijd geleden, waarin werd gesteld dat de binding die lezers met een betaalde krant hebben sterker is. Ik zeg; ’als je bereid bent ergens voor te betalen, dat zou mij dat niet verbazen'. Maar waar is het bewijs, want je kan je ook wel gedwongen voelen om te betalen, bij gebrek aan iets wat je nog liever zou lezen. Bovendien, voor de gratis bladen zou die binding best wel eens heel sterk kunnen zijn, ‘juist’ omdat ze gratis zijn. We zijn hier immers in Nederland. Waar blijft dat ‘kranten-breed’ onderzoek?

Ondertussen zijn we 2 weken verder, en hebben de airbags kennelijk hun werk gedaan, want het is volstrekt rustig aan het oppervlak van de krantenvijver. Ik heb echter nog een kiezel in mijn toetsenbord die weer wat rimpeling teweeg mag brengen. Die kiezel is de afsluitende quote van het gememoreerde artikel, opgetekend uit de mond van ‘scheidend’ Cebuco directeur Cees Polman:

“Toen dat Cebuco boekje uit kwam vertegenwoordigde het Cebuco ook nog geen gratis kranten.”

Wat staat daar nu? Zou het Cebuco, als de freebies zich wel direct hadden aangesloten (of is het “mogen aansluiten”) de gewraakte karakterisering achterwege hebben gelaten? Is er van die hele binding en herkenning helemaal geen sprake, of geldt die juist wel degelijk ook voor gratis krantjes”. Wordt straks de oplage van "krant is Koning" via een recall weer ingenomen, en krijgen wij een herziene versie? Heel intrigerend.

zondag, april 06, 2008

100%KUL

En dat is geen verschrijving. Daarvoor liggen de t en de l te ver uit elkaar op QWERTY.
Was ist Los?
Nu, ik lees net dat vrouwen eerder en langer jong zijn dan mannen. Het staat in een 'artikel' over de radiozender 100%NL, en het ligt aan

GITAARMUZIEK!

Dat deed mij denken aan de 100%EXPONENT van de zender; een zangeres zonder naam.
De zoveelste avonturier ondervindt dat een radiozender met alleen Nederlandse muziek, waarvan bovendien 70% Nederlands-talig, geen bestaansrecht heeft.
Of was hier sprake van 'mis-targetting' en had men zich van het begin op vrouwen in plaats van mannen moeten richten. Dat lijkt mij straks meer het probleem voor 100% 'ja, wat nu dan?'.
Ik kan het wel raden, nog een kruising er bij van Sky538QVeronica. GOED BEDACHT!

Beste radio autoriteiten, dit kan niet toegestaan worden! Nadat u de 23 miljoen van RTL in de broekzak heeft laten glijden, is 100%NL, 100% gesubsidieerd door de zender 'slechts' € 8.000 euro voor de voortzetting te laten betalen. Natuurlijk onder de strikt bindende voorwaarde dat Nederlandse artiesten het radio-uithoekje krijgen dat ze verdienen. Toch? Afkeuren dus, dit drieste plan dat niet op altruisme is gestoeld, maar op ordinair winstbejag over de rug van RTL, de Nederlandse belastingbetaler en de niet-Nederlandse muziekliefhebber heen!

Inderdaad: 100%KUL !

dinsdag, april 01, 2008

Get "LOST"

Opperste verbazing en een hartgrondige vloek combineerden zich op het moment dat ik lees dat mijn favoriete platen/cd winkel in de Utrechtsestraat per 1 juli haar deur definitief sluit.
Ik kocht al in de winkel in – wat zal het geweest zijn – 1975/1976 toen ze deel uitmaakte van de SuperTraxx keten. Daar leerde ik Arie Romeijn kennen, de jongen die zijn klanten – echt – kende en bij binnenkomst direct de laatste luistertips, kooptips eigenlijk, kwam aanreiken..
Vanaf het moment dat Arie de winkel overnam en omdoopte tot Get RecordsGet voor de vaste klanten – werd het de winkel waar ik tot de dag van vandaag – en dus tot 1 juli 2008 – mijn nieuwe platen koop. Kijken - en 2e hands kopen - deed je ook bij Concerto, Boudisque, op de Rozengracht en in de Damstraat, maar nieuwe platen, en later cd’s kopen, dat deed ik bij Get. Hoewel het rijtje winkels voor andere aankopen de afgelopen decennia gestaag slonk, bleef ik voor nieuwe releases afreizen naar Utrechtsestraat 105. Ook nadat de - in mijn hoofd onsterfelijke – Arie 5 (!) jaar geleden ons zomaar ontviel. Arie bracht High Fidelity naar Amsterdam. Zijn liefde voor muziek, mensen en lijstjes maakte Get Records tot een zaak die je in je eigen hart sloot. Arie hielp mij aan mijn Elvis Costello verslaving en onnoemelijk veel andere muzikale hoogtepunten. Na het overlijden van Arie kreeg de winkel er dan ook voor mij een dimensie bij.
Niet veel later werd Get gekocht door Concerto en werd daarna tezamen onderdeel van Plato. Voor mij maakte het niet uit. De winkel veranderde door de jaren heen een beetje qua inrichting, maar altijd als ik er weer binnen stapte leek het een stap door een deur in de tijd. Het enige wat bleef ontbreken, dat was Arie.

Het sluiten van Get is – het juiste woord – doodzonde. Helaas houdt de keiharde economie nooit enige rekening met onze halfzachte emoties. Concerto, daar kom ik zelfs al veel langer dan bij Get. Vertrouwd en dus heel gewoon. Maar 105 kan en zal het nooit worden. Misschien is dat maar goed ook.

Dit voelt als een afscheid van een tijdperk.
Tot 1 juni hoor ik wanneer ik aan Get denk “Memories” van Robert Wyatt in mijn hoofd. Na 1 juni draai ik de pastorale versie van Whitney Houston & Material. Herinneringen blijven! Vooral ook dankzij muziek!

donderdag, maart 06, 2008

Alison!

Bij het opschonen van de mailbox tref ik, tot mijn geluk, een mail van vriend GJ over Muziek 2.0 in Nederland. Cool! Daar vertederd zitten kijken en luisteren naar Robert Plant en Alison Krauss die Zep's "Black Dog" een alternatieve bewerking geven. De band gaat los. Alison heeft er meer moeite mee. Schattig! Deed mij denken aan Costello's Alison. ?It's a name only, die was niet zo schattig. Geniet even mee......

zaterdag, maart 01, 2008

‘Oude’ media hebben toekomst!

Column geschreven voor de Zenith Op-ti-date van maart 2008


Rond de jaarwisseling verscheen in de USA het rapport “The state of Media Democracy”.
Dit online onderzoek is uitgevoerd door de Harrison Group, in opdracht van Deloitte & Touch, onder 2200 personen tussen 13 en 75 jaar. Doel van het onderzoek is het geven van inzicht hoe de verschillende generaties omgaan met media. Door het onderzoek regelmatig te herhalen worden bovendien ontwikkelingen in beeld gebracht, en geven de gecombineerde data de mogelijkheid om gegronde voorspellingen te doen.

De recente resultaten hebben een ware 360° benadering gekregen uit de ‘mediawereld’. Met andere woorden, oude media en nieuwe interactieve-, mobiele media of anderszins vonden allen aanleiding om de eigen toekomst in een zonnig perspectief te plaatsen. Vooral nieuwe media doen dat ten koste van oude media, en vooral TV. De oude media vertegenwoordigers kijken veel meer naar de interactie tussen media, en dat is vooralsnog de meest objectieve vorm.

In het rapport worden 4 generaties onderscheiden:
Millenials 13 – 24 jaar
Gen X 25 – 41 jaar
Boomers 42 – 60 jaar
Matures 61 – 75 jaar

In het algemeen toont het onderzoek overduidelijk aan dat ‘User Generated Content’ (UGC) bij alle consumenten een grote vlucht neemt. 51% geeft aan een grote interesse te hebben in het lezen en bekijken van wat andere consumenten belangrijk genoeg vinden om zelf te publiceren. Hoewel die interesse wel sterker is ontwikkeld bij jongeren, is het zeker niet zo dat dit fenomeen zich vooral tot die groep beperkt.

Millenials
Het zal niet verbazen dat jongeren voorop lopen in het omarmen van de mogelijkheden, en dus ook media, die de nieuwe technologie hen biedt; games, entertainment platforms, USC, Instant messaging (IM), SMS en sociale netwerken. En dat met een intensiteit die uitstraalt en effect heeft op oudere generaties.
Wanneer Millenials iets tegenkomen dat zij de moeite van het ‘delen’ waard vinden, dan wordt dit met een grote reikwijdte uitgezonden. Hun IM en SMS lijsten bestaan uit gemiddeld 37 mensen (tegen gemiddeld 17 voor de hele populatie). Wanneer zij een bepaalde TV show of website bijzonder waarderen, dan vertellen zij dat gemiddeld 18 mensen (10 voor de hele populatie). Het is vervolgens niet vreemd dat het onderzoek voor deze groep ‘vindt’ dat ‘Word of mouth’ (WOM) de belangrijkste reden is om websites te bezoeken (gevolgd door TV reclame).
Persoonlijk vind ik dit een belangrijke opbrengst uit dit onderzoek, die ik verder niet veel ben tegengekomen in publicaties over dit onderzoek. Die WOM overdracht moet ergens vandaan komen, en dat zijn in belangrijke mate de ‘oude’ media, waarvoor – ook - Millenials een hoge mate van affiniteit ten toon spreiden.
Zo gebruikt 60% intensief magazines om te weten te komen wat er nu ‘hip & cool’ is, als het gaat om bijvoorbeeld kleding, auto’s en muziek. Van deze groep prefereert zelfs ruim 70% het lezen van magazines om die reden, al realiseren zij zich dat zij die zelfde informatie ook online kunnen vinden. Logisch, want daar is die informatie verspreid geraakt, terwijl het magazine een gebundeld totaal overzicht biedt. Voor de Millenials geldt dat veelbelovende nieuwe en favoriete TV shows het ‘web’ verslaan als ‘meest besproken media onderwerpen', een feit dat voor de hele populatie gevonden is. Maar, zoals er ergens wordt verzucht; “Die TV staat ook altijd en overal aan”. Dat is buiten de USA, natuurlijk niet overal hetzelfde.
Hoe dan ook, naast de confrontatie met het TV-scherm zelf, bezoekt de helft van de Millenials ook nog eens TV websites per week. Het onderzoek voorspelt een grote toekomst voor dit type sites. Die voorspelling vindt zijn oorsprong in de gegevens dat alle onderzoek deelnemers, en Millenials in het bijzonder, er op gebrand zijn TV en Internet met elkaar verbonden te zien. Het TV scherm laat zich toch prettiger bekijken. Het ‘Home Media Centre’ duikt hier weer op.

Daar houdt het wensen pakket overigens niet op. Consumenten willen (programma-) inhoud probleemloos kunnen verplaatsen naar elk denkbaar apparaat dat zij bezitten. Het gewenste alternatief is één apparaat dat hen in staat stelt elke communicatie- en entertainment activiteit te laten doen. De vraag is wel wie dat straks kan betalen? Millenials stellen hier wel de hoogste eisen, maar wanneer duidelijk is dat voor 60% van de jongste (13-18 jaar) en zelfs ook nog 25% van de ouderen (19-24 jaar) de rekening van het mobieltje door iemand anders (ouders) betaald wordt, dan is ook duidelijk dat hier grenzen zullen gelden.

Als het op reclame aan komt, dan vormt zich min of meer hetzelfde – positieve – beeld voor de ‘oude’ media. Ruim 60% geeft doorgaans meer aandacht aan advertenties in magazines of dagbladen, dan aan online reclame. Online reclame gaat een nieuwe uitdaging tegemoet in de komende jaren. Immers, meer dan een kwart van de respondenten geeft aan best bereid te zijn om voor online 'content' te betalen als zij dan verschoond blijven van reclame. Een déja-vu.

Gen X
Deze generatie heeft in haar jeugd de explosieve groei van ‘media- entertainment’ mee gekregen, en hecht daar vandaag nog steeds veel waarde aan. Zij zijn dan ook het meest geïnteresseerd in algemene lifestyle en personal/special interest informatie, waaronder ‘celebrity’ en entertainment nieuws. Ook deze groep is een belangrijke bezoeker van TV-show-sites.
Online is Gen X meer te karakteriseren als surfer, dan als (‘social’) netwreker.
Gen x, en de Boomers, zijn de grootste fan van de Digital Video Recorder (DVR met Tivo). De allerbelangrijkste reden (66%) van die liefde is de mogelijkheid die het apparaat biedt om programma’s op een zelf gewenst moment te kunnen bekijken (time shift). Dan volgt de mogelijkheid om op deze wijze hele TV show seizoenen te kunnen bekijken, en op de derde plaats het vermijden van reclame. Dat laatste is overigens belangrijker voor vrouwen dan voor mannen.

Matures
Naar algemene verwachting zijn Ouderen print ‘sweethearts’, maar hun interesse en gebruik van electronische media kan niet worden onderschat. Het sociale aspect is hier het belangrijkst (mail, Instant messaging, blogs, etc.). Het blijkt echter ook uit de vraag “in hoeverre men zich een ‘broadcaster’ van eigen media waant”. 32% van de consumenten reageerden hier bevestigend op. Ten opzichte van Gen X en de Boomers (resp. 38 en 23%) steekt de 10% voor de Ouderen lang niet zo schril af als het kale cijfer suggereert. Ook is dit de groep die ondertussen substantieel de mogelijkheden van het net benut voor het doen van aankopen.
Natuurlijk neemt TV nog steeds een voorname plaats in bij ouderen.

Boomers
Boomers staan eigenlijk, qua mediagebruik, met één van beide benen in de Gen X en Matures generaties.

Leve(n) de traditionele media?
Een volmondig ja. Ondanks de nog steeds toenemende populariteit van het Internet, blijven de ‘oude’ media, TV en print, diep geworteld in alle generaties. Natuurlijk verliezen zij terrein aan Internet, maar het aandeel in tijdbesteding en de relevantie blijven onverminderd hoog, wat nog eens kan worden geïllustreerd met de volgende feiten:

79% van alle consumenten bespreekt zijn favoriete TV programma met vrienden, familie of collega’s. 38% doet dat zelfde over favoriete websites.
72% van alle consumenten leest graag een magazine, dat cijfer is consistent over alle categorieën.

De onderzoekers concluderen dan ook dat TV (kijken) nog altijd een kern activiteit is. Niet zo zeer in de zin dat het een hoofd activiteit is, maar “de TV staat altijd aan”, ook tijdens het ‘gamen’, SMS-en en surfen. Het kijken ‘met een half oog’ is ingebakken en betekent niet dat TV (reclame) minder effectief is:

Internetverkeer wordt in hoge mate gedreven door Search engines (84%) en WOM (82%). TV reclame neemt als bron voor website adressen de derde plaats in. (stimuleert mijn vermoeden dat de WOM-score in niet geringe mate voortkomt uit diezelfde TV reclame.)

In dit kader wekt het geen verbazing dat de onderzoekers voorspellen dat TV een vooraanstaande rol blijft spelen in het toekomstige medialandschap. Er wordt dan, mede via de TV websites, een stap gemaakt naar ‘participatory’ TV, met een (hoge) mate van interactiviteit. Voortschrijdende technologische ontwikkeling en de kundigheid van de (new) Millenial zullen de toon zetten.

Conclusie
De Nederlandse mediamarkt is geen spiegel van de Amerikaanse (USA) markt. Gezien echter de commerciële staat van TV in de USA en de status die het medium desondanks handhaaft, is mijn verwachting dat het in Nederland niet heel anders zal gaan verlopen. Daar komt bij dat, hoewel mensen het enorm leuk vinden om ook eens ‘broadcaster te spelen’, men doorgaans toch liever vermaakt wordt door een ander. Traditionele media blijven in dat opzicht een voorname rol vervullen, ook al zal die aan verandering en erosie onderhevig zijn.
Voor mij is de eind conclusie na het lezen van alle informatie over dit onderzoek opnieuw dat er vandaag, en zeker ook morgen, geen sprake is van of ‘oude’, of ‘nieuwe’ media. Het is EN/EN.

maandag, februari 25, 2008

Connected! to WHAT??


In Adformatie 8 (21 februari) werd op pagina 11 mijn aandacht getrokken door de vermelding van onderzoekbureau Forrester. In de eerste zin wordt Forrester aangemerkt als een gerespecteerd bedrijf dat relevante rapporten op de markt brengt. Zo is het in mijn beleving ook. De afgelopen jaren heb ik mij verlustigd aan de media overzichten die Forrester heeft uitgebracht, dus ik las verder.

Het rapport heeft betrekking op de toekomst van ‘het reclamebureau’. Conclusie van het rapport is dat “reclame bureaus consumenten bij elkaar moeten brengen in 'community’s' en interactie tussen hen (consumenten) faciliteren”. Rob Beemster eindigt zijn kritische benadering van het rapport met “Te vrezen valt echter dat het poneren van de ‘conected agency’ voor veel verwarring gaat zorgen”. Ik denk dat hij gelijk krijgt, maar dat is niet de reden om het toetsenbord te bestijgen.

Rob citeert eerder een deel van de analyse van de samenstellers van het rapport, en vindt dat die analyse ‘hout snijdt’. Ik vind van niet.
Om te beginnen de bedoelde analyse zoals door Rob verwoord: “Reclame bureaus slagen er steeds minder in om klanten in contact te brengen met de juiste doelgroep. Consumenten kijken niet meer naar irrelevante pushadvertenties en hechten meer waarde aan de mening van ‘peers’. Marketeers zien aan de andere kant hun werk steeds complexer worden, o.a. door de enorme fragmentatie van media….”. Tot zover het citaat.

Zucht. Daar zijn wij weer met de eeuwige mantra: ‘het is de schuld van de fragmentatie van media”. Dat maakt het werk van (NL, aw) marketeers veel complexer? O wat verlangen zij terug naar – pak weg – de 70’s van de vorige eeuw. Geen internet, 2 TV en 3 radio zenders - met een STER organisatie die 1x per jaar een paar spotjes per maand uitdeelde – en wat A0 posternetwerken in stegen en achteraf wegen. Echt, toen was het veel beter en makkelijker.
Dat laatste klopt, want er was immers nauwelijks keuze. Voor de rest klopt er natuurlijk ‘geen hout’ van!

Fragmentatie van media is het beste wat marketeers de afgelopen 40 jaar is overkomen!
De toevloed aan mediakanalen, ook binnen bestaande beddingen, hebben geholpen om doelgroepen gerichter te kunnen benaderen. Daarnaast heeft de toegenomen concurrentie tussen de media-aanbieders geholpen om de tarieven, om gebruik te maken van de media, aanzienlijk te laten dalen. We hebben het nog steeds over massa media. Daarin is per definitie geen ‘waste’ te vermijden. Wel aanzienlijk te verlagen. Kortom; een zegen, dat is die media fragmentatie.
Ja maar, hoor ik u al sputteren, de informatie overvloed dan? Daar is de media fragmentatie toch debet aan?
De media fragmentatie heeft er inderdaad voor gezorgd dat het aantal boodschappen dat de wereld ingezonden wordt, dus ook op ons, is verveelvoudigd. Hoewel wij allen, in de loop der tijd, beter worden in het media-multi-tasken, houdt die ontwikkeling de toevloed aan informatie (boodschappen) die aan ons worden gezonden bij lange na niet bij. We besteden bij benadering nog altijd even veel tijd aan media als veertig jaar geleden.
Per saldo krijgen wij dus tegenwoordig zeker meer impulsen ((reclame-) boodschappen), maar wij hebben geleerd er mee om te gaan. De suggestie dat de stijging van het aantal reclame minuten op TV – vergeleken met 20 jaar geleden – er toe heeft geleidt dat wij evenredig meer TV reclame zien is simpelweg niet juist. Om te beginnen kijkt geen mens naar al die zenders tegelijkertijd, en ten tweede missen mensen die TV kijken nog al wat reclame minuten. Meestal bewust.
Daar ligt de kern van het probleem. Die wordt wel verwoord in het eerste deel van de aangehaalde analyse van Forrester; “Consumenten kijken niet meer naar irrelevante pushadvertenties..”. Als zij minder vaak de eindeloze herhaling van de zelfde (voor hen) saaie irrelevante advertenties voor hun kiezen zouden krijgen en meer relevante boodschappen en variatie daarin, dan zou het al een stuk beter gaan. Negen pagina’s verderop in dezelfde Adformatie staat het ook nog eens in een kopregel: “relevantie is van alle tijden”.
Boodschappen, ook reclameboodschappen kunnen naar mijn gevoel nog steeds prima via massa media, zij het dat die lang niet meer zo massaal zijn als een halve eeuw geleden. Al die ervaring en stimuli die leiden tot het gevierde, ongeëvenaard krachtige “Word of Mouth”, die vinden toch echt ergens hun oorsprong: Media.

Om deze post niet tot een half boekwerk te laten groeien, ga ook ik hier en daar scherp door de bocht, en dat leidt misschien tot discussie. :-)
Terug naar die “connected agencies, communities’ en relevantie. Ook niet van gisteren is de constatering dat de reclame makers vooral met beide benen in de maatschappij dienen te staan. Onontbeerlijk. Op deze manier bekeken is deze Forrester analyse vooral een kwestie van oude wijn/nieuwe zakken.
Jammer?

dinsdag, februari 12, 2008

Niet alleen

Nog een laatste keer de Vries. Zeer tegen mijn gewoonte in een weergave van een ANP bericht, opgepikt van Reclameweek.nl. En wel hierom. Het bewijs - aan mij zelf - dat ik niet alleen sta met mijn mening verwoord in de vorige post. Broodnodige zelfbevestiging. In dat kader ook nog dank aan Floor.



Daar gaan wij:




Ombudsman hekelt NOS-verslaggeving Joran


11-02-2008 - De NOS is niet kritisch genoeg geweest in haar berichtgeving rond de uitzending van Peter R. de Vries over Joran van der Sloot. Dat meent NOS-ombudsman Ton van Brussel, die vindt dat zijn omroep meer terughoudend had moeten zijn. De NOS gaf veel aandacht vooraf aan de uitzending, omdat De Vries claimde de verdwijningszaak Natalee Holloway opgelost te hebben. De belofte werd niet waargemaakt, meent Van Brussel, omdat het gewoon het ‘zoveelste verhaal’ over de zaak was en De Vries zelf verdachte Joran meerdere malen een leugenaar noemt.


Bron : ANP



Zo is het maar net. Nu SBS nog.

dinsdag, februari 05, 2008

Into the Future, Returning to the Dark Ages!


Laat ik vooraf stellen dat het mannetje dat figureerde in de Peter R de Vries-Show niet hoeft te rekenen op mijn sympathie.

Maar wat zich de afgelopen dagen heeft afgespeeld, met als climax de op zondagavond door 7 miljoen nieuwsgierige Nederlanders – waaronder ikzelf – bekeken ‘show’, tart werkelijk iedere verbeelding. The ‘witchhunter general’ has returned, en wel in Nederland.
De door de Vries geclaimde volledige bekentenis is mij ontgaan. Wat de TV-kijker wel voorgeschoteld kreeg was een ‘verknipt’ betoog van een jongen die continue aan een joint zoog, wat hem, al dan niet, inspireerde tot adolescent jonge haantjes uitspraken die kennelijk indruk moesten maken op zijn ‘vriend’ in de auto.

Voor zover wij als kijker misschien nog mochten twijfelen, liet Peter niet na om telkens het getoonde beeld van suggestieve toevoegingen te voorzien. Of waren het wel degelijk insinuaties? Lekker afgemaakt met veel “Gosh” uit de mond van een vertwijfelde moeder.
Waar dat toe leidt? Zes miljoen Nederlanders hebben ‘het mannetje’ ondertussen schuldig bevonden. Zij zullen hem, als zij hem op straat tegen komen, pardoes aan de eerste lantarenpaal opknopen. De gebeurtenissen in Drachten op maandag maken die veronderstelling van mij reëel. Een populistisch volksgericht, dat is wat de Vries heeft aangericht. Hij noemt zich journalist. Waarheidsvinder? Ik betwijfel het ten zeerste. Ik vind de door hem gekozen aanpak weerzinwekkend.

Televisie is een prachtig en krachtig medium. Maar verhoed dat de verkeerde mensen er gebruik, misbruik, van kunnen maken, want dan zijn de gevolgen niet te overzien. In dat opzicht is TV ook een echte ‘doos van Pandorra’.

Als de waarheid ‘onze’ Peter zo na aan het hart had gelegen, dan had hij deze ‘show reel’ moeten afgeven aan het OM, en deze de zaak verder laten uitzoeken. Daarna had hij alle ‘credits’ alsnog kunnen verzilveren. Nu lijkt het er in mijn ogen sterk op dat dit hele verhaal alleen maar over Peter R de Vries gaat. Precies 'dat' wat Peter de vermeende dader verwijt.

Een naar stel, deze inktzwarte pot en ketel.

maandag, januari 14, 2008

Snorkelen! ?

Dit is een ‘post’ die al sinds november 2007 ‘in de pen’ zit. Toch heb ik hem daar bewust een tijdje laten zweven. Ik was namelijk hoogst benieuwd of er een andere partij – welverdiende – aandacht aan zou besteden. Heel vreemd, maar dat is tot vandaag, voor zover ik dat heb kunnen waarnemen, niet gebeurd. Daarom wordt dit mijn eerste ‘media post’ in 2008.

De verbazing dat er uit de hoek van de kranten – en dan in het bijzonder door het Cebuco – nog geen aandacht aan dit onderwerp is besteed, komt bij mij voort uit het in 2007 veel gehoorde: “..kwalitatieve aspecten van dagbladen zijn (veel) belangrijker dan de kwantitatieve ophef…”. Een geluid dat vooral door Cebuco werd benadrukt.
Overigens, het relatieve karakter van dat geluid bleek afgelopen 4 januari maar weer eens in het FD. Op pagina 9 – Ondernemen en Beleggen – een nadrukkelijke opening onder de ‘kop’: “FD en nrc.next groeien snel”. In dit artikel wordt Antoinette de Ridder – uitgever en hoofd marketing van de FD Mediagroep – geciteerd. “Volgens haar bewijzen de laatste cijfers dat de restyling van de FD-krant is aangeslagen. De groei van 11% overtreft haar verwachtingen.”
Als je nu weet dat de rapportage van het HOI waaraan wordt gerefereerd betrekking hebben op het 3e kwartaal van 2007. En als je weet dat de introductie van de restyling van het FD plaatsvond op 4 september van dat jaar. Dan plaatst het de constatering van de Ridder in een bijzonder – opportunistisch – licht. Als je er heel flauw over wil doen, zou je even hard kunnen beweren dat het dan dus voor 4 september wel heel erg slecht ging met het FD. Dat is dus niet waar, de rapportage van het HOI en de mogelijke resultaten van de restyling hebben niet veel met elkaar te maken. Wat dit voorbeeld wel vertelt is dat er als het uitkomt driftig wordt gegoocheld met cijfers en feiten. Als het niet uitkomt, dan zijn cijfers opeens van minder belang.



Hè, nu ben ik op een spoor beland, waar ik helemaal niet wil zijn. Dit is beoogd als een positief bericht over dagbladen!

Op 6 november 2007 werd mijn oog op pagina 17 (Media), getrokken door de ‘heading’: “Kranten lezen is als snorkelen”. Een hoogst interessant artikel voor mediaplanners. Lees het hier. Goed, het is Amerikaans onderzoek, uitgevoerd door het
Poynter Instituut. De onderzoekmethode die werd gebruikt, “eye-tracking”, misschien in Nederland niet zo revolutionair. En ja, dat kranten lezers koppen snellen, dat wisten we wel. Maar dit onderzoek gaat verder dan die constatering en maakt de koppeling met andere media, met de ‘online’-krant in het bijzonder. Het beperkt zich niet tot de redactionele inhoud, en geeft veel informatie over advertenties, het verschil tussen broadsheet en tabloid (in het licht van de veranderingen in Nederland een ‘hot issue’, zo zou je denken).

Google meldt op 14 januari 2008 21 relevante ‘hits’ op de kop “Kranten lezen is als snorkelen”. Het zijn vooral algemeen media gerelateerde ‘nieuws sites’ die niet veel meer doen dan de artikel ‘link’ plaatsen. Hier en daar een blog. Geen aandacht bij de mediabureau’s te bespeuren. Ook niet bij de sites van dagbladen zelf.
Het artikel in NRC levert ons de topline conclusies van de acht hoofdstukken die het onderzoek beslaat. Er staat vast nog wel meer interessants in. De site van
Poynter Instituut levert minder informatie dan het NRC artikel. Hier lag, maar ligt nog steeds, een mooie kans om de mediaplanningswereld eens te prikkelen met iets ‘nieuws’.Jammer, maar de conclusie van vandaag is dat de belangenbeheerders van de dagbladen de afgelopen maanden hebben zitten ‘snurken’.

maandag, januari 07, 2008

List-O-Mania: Once more

Over de grens 07-08 nog één keer lijstjes. Een beetje de laatste die er bij mij binnen kwam was die van OOR. Ik weet niet goed hoe anderen er over denken, maar OOR heeft zich de afgelopen 2 jaar naar mijn idee enorm verbeterd. Er zit weer diepgang in OOR en daar heeft het lang aan ontbroken. De overstap van krant naar magazine blijkt telkens geen gemakkelijke. Wel begrijpelijk als je hebt gezien wat de problemen zijn waar kranten van broadsheet formaat naar tabloid switchen.. Maar dat terzijde.
OOR – althans de som van de lijsten de OOR-medewerkers – komt voor het tweede achtereenvolgende jaar met de Arctic Monkeys op de proppen. Dat gebeurde eenmaal eerder, door Elvis Costello in 1977 en 1978. Nu vond, en vind, ik die eerste Monkeys cd zeer de moeite waard, maar de tweede lijdt – in mijn oren – aan het ‘meer van hetzelfde’ probleem. Dat was bij de twee Costello albums wel anders, geen (small) step, but a giant leap voorwaarts.
De 2008 lijsten zijn eigenlijk niet zo spectaculair, veel “usual suspects’. Vermoedelijk de reden dat OOR – voor het eerst in 35 jaar – een Top 20 afdrukt. Maar ook daar veel titels die ik in veel ander lijsten al tegen kwam. Speciale aandacht nog even voor de #6 van de lijst. De man die ons (mij) zoveel leed bracht met Streets of Philly duikt weer op.

Een hereniging met zijn E-Street band volstaat en maakt iedereen zo euforisch dat de man weer in de top 10 beland. Of zou het zo zijn dat al die recensenten John Landau persé gelijk willen geven? Toch weer een complot. Jammer voor die Landau trouwens, dat hij de jaren daarvoor had zitten slapen. Dan had hij John Fogerty niet gemist, en zou hij werkelijk de historie in kunnen zijn gegaan als ‘ziener’.
Voor de Arctic Monkeys is het te hopen dat zij hun John Landau mislopen. Wat mij betreft mag 2008 best (weer) hun jaar worden, maar dan graag met iets nieuws.

Moraal? Voor iets nieuws moet je dus niet naar ‘samengevatte’ eindlijsten kijken, maar naar individuele lijsten. Je herkent jouw smaakgenoot snel genoeg, en dan maar hopen dat er iets bij staat dat jou is ontgaan. In sommige titels daar gaat het makkelijker. Neem nu het FD. Ik lees het nog niet lang genoeg, maar schat in dat daar een (1) Pop-cd recensent in dienst is, Johan Doove. Die publiceerde de volgende 10 als ‘Beste internationale cd’:

01. Civillians – Joe Henry
02. Sweet warrior - R Thompson
03. Strange weirdos – Loudon Wainwright lll
04. My name is Buddy – Ry Cooder
05. The scene of the crime – Bettye Lavette
06. Versatile heart – Linda Thompson
07. We’ll never turn back – Mavis Staple
08. Revelation – AJ Roach
09. Made in Dakar – Orch. Baobab
10. 100 days, 100 nights – Sharon Jones & Dap Kings

Het voor de hand liggende grapje over Johan kan achterwege worden gelaten. Ik ben begonnen met #10.

Smullen!

woensdag, januari 02, 2008

Pluto !!

Pluto, in relatie tot een dierenriem, zou ik primair associëren met de welbekende striphond. In de Volkskrant van 29 december 2007 had het natuurlijk een volstrekt andere betekenis. Doorgaans laat ik mij niet veel gelegen aan voorspellingen, maar de kopzin “Pluto in Steenbok” was te veel van het goede, om voorbij te laten gaan. Hoe persoonlijk kan zo’n krant worden?

Na een technische verhandeling over de mens, planeten, sterren, kosmos, universum, ging het over 2008. Pluto verhuist van Boogschutter naar Steenbok en verblijft daar dan tot 2024! Dat heeft te maken met Pluto’s baan om ‘ons’ heen, waarvoor de planeet 260 jaar nodig heeft!

Verdomd interessant, maar gaat u verder.
Steenbok, zo leer ik is een aardeteken, dat zich richt op organisatie en structuur. Pluto, is de planeet van de ziel, staat voor de kracht van zielsprocessen.
Wat staat ons – aldus astroloog Peter Delahay - te wachten nu Steenbok en Pluto zich verenigen?
“Pluto zal zijn invloed laten gelden in de bezieling van structuren. Alle organisaties die geen bezieling hebben, storten in en alles wat bezield is, krijgt vorm”.
Het deed mij stoppen met lezen.

Hmmm, juist!

dinsdag, januari 01, 2008

Dag!

Dagblad DAG nodigde een aantal bekende Nederlanders uit om afscheid te nemen van 2007. Ik heb het speciale nummer gemist. Terugkijken op het jaar 2007 is ongetwijfeld voor iedereen een zaak van gemengde gevoelens. Zo ook bij mij;

Dag Hans van Hulst
Dag Marianna Buterin
Dag Onno Kraft van Ermel

Afscheid van Mensen waarvan ik op verschillende manieren hield. “Everlasting Love”

En muziekaal onder anderen;
Dag Joe Zawinul
Dag Michael Brecker
Dag Ike Turner

Maar gelukkig waren er ook begroetingen

Dag Finn
Dag – nog een – Finn
Dag Puk
Nieuwe jonge mensen: “Born to be wild”

Op het zakelijke vlak;

Afscheid
Dag Catalyst
Dag vertrokken MPG collega’s
Dag Talpa
Dag Caz
Dag Revolver
En welkom
Dag Arrow op FM
Dag Hollands Diep
Dag Revolver
Dag de Pers
Dag Dag

En dan op de valreep
…..Dag MPG
En daardoor Dag beoogd nieuw huis


Terugkijkend is de balans van 2007 voor mij zelf dan ook … geen fraai jaar. Ik zeg daarom luid:

Hallo 2008!


Welkom met open armen

Dat het voor ons allen een mooi jaar mag worden!