maandag, maart 27, 2006

Groot mediaonderzoek Britse reclamebranche !!

Uit de eigen Adformatie nieuwsbrief op maandag 27 maart een bericht opgepikt dat niet alleen de aandacht trok, maar het ook vast hield. Verdraait, staat daar niet dat mijn eigen MPG er ook bij betrokken is? Dankzij Geert-Jan een link the pakken gekregen naar het persbericht van de IPA. En….wat lezen wij daar?? Nee. Eerst het Adfo-bericht:

Het Britse Institute of Practitioners in Advertising (IPA) is gestart met een initiatief genaamd TouchPoints, een grootschalig multi-mediaonderzoek om crossmedia consumptiepatronen beter in kaart te brengen. Het project wordt beschreven als ‘het meest ambitieuze onderzoek van deze generatie’, zo meldt Media & Marketing Europe. Het onderzoek van de ‘Britse Vea’ en onderzoeksbureau TNS had plaats tussen april en november 2005. Er werden 5.000 mensen ondervraagd, die gebruik maakten van een PDA. Per half uur hielden ze bij hoe ze hun tijd spendeerden, waar ze waren en met wie, plus hoe hun mediaconsumptie eruit zag.Mediabedrijven als AOL, BBC, …., participeerden, evenals mediabureaus Initiative, MPG, nou bijna alles van naam.. Uit het onderzoek moet een consumenten-gerichte planningstool voortkomen die kan analyseren hoe consumenten de brede keuze aan media gebruiken en hoe die gebruik in hun levensstijl past.

Het is iedere geïnteresseerde in media en media planning van harte aan te raden de IPA persbericht pagina te bezoeken. Daar staan al flink wat explosieve conclusies. Niet vies van enig effectbejag beperk ik mij hier tot enkele – in mijn ogen - hoogte punten:

* TV remains the lead medium for the majority of adults - this is true for all age groups and is irrespective of internet access
** On a typical weekday a 15-24 year old home Internet user spends 2 hours surfing the Internet - this rises to 2.4 hours at the weekend and averages 14.8 hours for the week. 33% of this group are spending 4 or more hours watching television on an average weekday. The mean for this group is 3.2 hours on an average weekday rising to 3.9 hours at the weekend. Commercial television accounts for 75% of viewing
*** 63% of the population would be happy to have advertising on the BBC channels in return for scrapping the licence fee
**** Only 14% of individuals like the idea of interactive ads - This rises to 29% among those aged 15-24


Wat een opluchting na alle voorspellingen over de digitale tsunami die uw en mijn media wereld vanmiddag al op zijn kop zet. Zouden die adverteerders in de US hier nog helemaal niets van gehoord hebben? Ik zie dat gisteren "her-alloceerde" budget, als bij eb, weer terugstromen naar TV. O.k., O.k., dit is Engeland, hoor ik u zeggen. En daar reden nog niet zo heel lang geleden ook nog “stokers” mee op de trein. Maar het staat er toch echt “irrespective of internet access”. En dat zijn toch zeker moderne consumenten, Engelsen met Internet!

Alsof het niet op kan op de 27e, s'avonds in “Publishing 2.0” een mooie verwijzing naar een artikel uit de Economist gevonden, die de volgende gelukkig makende quote oplevert:

Here’s a quote from an Economist article — guess what year it was published

“Jessica Reif Cohen, a media analyst at Merrill Lynch, reckons that profits from online advertising and paid content could represent up to 8-9% of total earnings for Disney, Viacom and News Corporation in 3-5 years and considerably more for Time Warner, courtesy of AOL. The most obvious opportunity is to put the content they already own on new platforms.”


Nee, dat was niet 1999, maar afgelopen week (16 maart) in de Economist dus. Hmmm, dat staat niet voor niets bekend als analytisch medium. Ja,ja wel Engels. Maar het gaat wel over Amerikaanse media bedrijven. Vast NIET toevallig. U bent gewaarschuwd. Niet alleen door mij. TV kan nog wel even. Ga dus gerust lekker slapen vanavond.

Maar begin morgen in ieder geval wel na te denken over overmorgen.

TV reclame minder effectief


Dit artikel komt van Zibb.Marketing tribune.nl, die het weer van de MediaRepublic hebben, etc.

Let wel, het gaat hier om Amerikaanse adverteerders die volgens de berichtgeving vinden dat de effectiviteit van TV in de afgelopen 2 jaar is afgenomen. Het onderzoek consulteerde 133 adverteerders (niet de eerste de beste), en 3 van de 4 waren genoemde mening toegedaan. En natuurlijk gaan zij hun budget allocatie herzien, maar vrees niet TV zal blijven ingezet.

Wat is hier aan de hand? Nu, dat is volstrekt onduidelijk. Er wordt namelijk helemaal niet ingegaan op wat nu tot deze overtuiging heeft geleid. Onderzoek?
Gevoel? Of zijn het al dit soort berichten die dagelijks over ons worden uitgestort door bedrijven die meestal ten minste een link hebben met de Nieuwe wereld 2.0 of hoger? En, in het kielzog alle andere media die altijd vinden dat zij ten onrechte reclamebudget missen dat op TV wordt besteed.

De kracht van overtuiging ligt in de herhaling zo lijkt het. Allemaal reclame dus. En……. het werkt!

Gewoon blijven roepen dat digitale recorders en Tivo en on-demand video, het eind van reclame kijken betekenen. Nu zal ik de laatste zijn om de rol van roepende in de woestijn op mij te nemen. Dat heeft immers geen zin. Sterker, ook ik denk dat de rol van TV het komende decennium een nieuwe plaats krijgt in samenhang met Web/Wereld 3.0 en hoger.

Het onderzoek dat feitelijk aantoont dat de effectiviteit van TV op dit moment al enorm gedevalueerd is heb ik echter niet gezien. Die 75% twijfelaars naar mijn vermoeden ook niet. Waarom blijven zij anders investeren in iets dat niet werkt? De Duitse taal heeft ook hier weer een onverslaanbare uitdrukking voor: "Salon Fähigkeit". Of is dit een Nederlandse bewerking?

Those "Good-For-NOTHING bloggers !


In Publishing 2.0 verscheen dit weekend een bijdrage die enige verwantschap heeft met mijn bijdrage met de titel “Rel journalistiek”. De schrijver Scott Karp, stelt echter de wijze waarop journalistiek wordt bedreven door Bloggers aan de kaak. Het is inderdaad lekker klagen over “non credible Journalists”, maar die “good-for-nothing Bloggers kunnen er ook wat van. Bij die laatste groep zit het gevaar in het ongewijzigd en zonder commentaar overnemen van “posts” van andere Blogs, met alleen die verwijzing, en soms dat niet eens. Om bij een origineel artikel te komen moet je soms meer dan 10 links doorworstelen. Het gevolg van dergelijk gedrag is dat de “blogosphere” zijn eigen nieuws en waarheid creëert. Dat laatste heb ik dus van af het begin wel goed begrepen ;-).

Het is natuurlijk wel waar, want ook ik heb mij – in Rel journalistiek - gebaseerd op wat er geschreven staat in het Parool, en heb geen wederhoor gepleegd bij de Journalist, noch bij Wouter Bos. Daar staat dan tegenover dat ik duidelijk aangeef, dat alles wat op mijn Weblog verschijnt mijn waarheid als invalshoek heeft. Ook in de “posts” zelf. Dat ik verder vooral de Nederlandse taal voer beperkt de internationale schade natuurlijk ook enorm.

Het merendeel van de Bloggers heeft een enorme publicatie drang, en voldoet daaraan door elk interessant (gevonden) artikel door te kopiëren op de eigen log. Een link zou dan wel genoeg zijn vind ik, want als je een genre blogs en nieuwsbrieven volgt lees je x keer het zelfde. Bloggers die dat te vaak doen lopen het risico irrelevant te worden. Het kan ook zijn dat dit wishful thinking voortkomt uit mijn eigen vertrekpunt. Dat iemand geïnteresseerd is in mijn mening. En daar vervolgens een mening over heeft. Want dat is toch waarop sociale netwerken functioneren. “Gisteren nog “…xxx…” gezien, gelezen of gehoord? En dan een mening en een reactie, Etcetera.

Kortom, dit raakt het aloude issue over kwantiteit versus kwaliteit

Ik kies voor minder posts en voor kwaliteit. Want mijn tijd is beperkt. Ahum, wel opnieuw mijn waarheid.

woensdag, maart 22, 2006

Rel journalistiek!


Het is echt niet van vorige week. Het is echt niet alleen Het Parool! Nee, ruw weg 90% - vooruit – van de Nederlandse media vindt het prima dat haar journaille het niet zo nauw neemt met de verslaggeving. Sensatie prikkelt de nieuwsgierigheid. Het prikkelt dus ook de portemonnee. Fijn!

Wat is hier de aanleiding? Natuurlijk het interview van PvdA voorman Wouter Bos met een journalist die in Het Parool mocht publiceren. Bos heeft een mening gegeven over de gevolgen van de uitslag van de gemeenteraadsverkiezingen een week eerder. Nu was niemand dat de laatste tijd ook meer van hem gewend. Desalniettemin. Bos gaf aan dat het grote aantal allochtone kandidaten die door voorkeurstemmen in raden zitting gaan hebben, er problemen kunnen ontstaan. Omdat zij de Nederlandse taal niet machtig zijn? Nee, omdat zij weinig ervaring hebben. Zoals dat ook voor nieuwe autochtone PvdA-ers zal gelden.
Ik heb zo mijn eigen mening over Bos, maar ik ben er zonder een greintje twijfel van overtuigd dat hij hier niets meer mee bedoelde. Het was een constatering die terecht is. Van een diskwalificatie kan geen sprake zijn. De PvdA had immers heel bewust ingezet op stemmenwinst onder allochtonen. Een strategie die deze keer succes heeft gehad.
Ach, de PvdA had natuurlijk al weer een week lang genoeg goed nieuws geïncasseerd. En goed nieuws verkoopt nu eenmaal minder dan slecht nieuws (uitgezonderd sportief succes).
Dus de journalist benadrukt net even een ander woord, of koppelt er een paar uit verband. Dan bedenkt hij een combinatie met kleur en risico en een smakelijk, hap klaar brok ziet het licht.
Nog niets aan de hand, maar dan kan worden gemeld dat er iemand van allochtone afkomst verontwaardigd op de vermeende uitspraak heeft gereageerd. Hoera, nu springt heel journalistiek Nederland op de wagen. De werkelijke tekst van Bos komt nooit meer aan bod.
Laat staan dat iemand de nuance zoekt. Dat is geen verhaal meer. Dan kan je 2 of een dozijn media adviseurs in dienst nemen, er is geen houden aan.
Nu ik dan toch al zover ben, is het ook wel leuk om stil te staan bij de reactie van PvdA voorzitter Van Hulten. Die begaat de stommiteit te stellen dat de media racistische trekjes zou vertonen. Laat zich verleiden tot uitspraken over de positie van autochtone versus allochtone kandidaten, dat de lijsten niet goed zijn samengesteld (“onverwacht succes”) – zie hoe gemakkelijk dit is – om dan ook nog te stellen dat racisme iets geheel anders is als racistische trekjes.


Dit onderwerp kan nog weken voort.

Rel journalistiek.

Maar ik had het over 90%! Bijvoorbeeld ons eigen Adformatie is er bepaald niet vies van. Diep gravende journalistiek, achtergronden, historie, hoor en weder hoor. Het is zeldzaam. Liever gemakkelijk scoren met onderwerpen over surco, snoepreisjes en wat zoal. Als er dan eens belangrijke mensen in het vak worden geïnterviewd (het Harry Dekker-Mindshare artikel, eerder dit jaar) dan wordt er niet doorgevraagd. Als het al wel gebeurt, dan wordt er niet gepubliceerd, want als je van belangrijke vakgenoten geen quote meer krijgt….o la la.

Maar goed op een gegeven moment weet je wat je leest. Het leest wel lekker weg. Niets aan de hand. We geloven toch ook niet alles wat er in de Privé, Story en Weekend staat? Daar is het immers uitgevonden. Rel journalistiek! En dan hopen dat er iemand reageert. ;-)


Zie ook nog nrc.next: http://www.nrc.nl/binnenland/article252267.ece
En Parool over de racistische trekjes: http://www.parool.nl/nieuws/2006/MAA/21/p1.html

dinsdag, maart 21, 2006

Communicatienieuws Forum 21 maart 2006: Over De Telegraaf en haar deelnemingen


Jammer, deze keer wel gevraagd te reageren, maar genoten van een dag buiten het kantoor. Ook hier heb ik wel een mening over.

De Telegraaf neemt aan de lopende band belangen in succesvolle, relatief kleine en doorgaans interactieve media. Het 40 procentbelang in GeenStijl is de jongste deelneming. Wat gaat die strategie De Telegraaf opleveren?

Sky Radio betitelen als relatief klein en interactief is vast onbedoeld. De kwalificatie succesvol is wel van toepassing. Het is vast een verdwaalde eend in de bijt van verder doorgaans succesvolle, relatief kleine veelal interactieve media concepten. De markt is daar dan ook tenminste verwonderd over.
De deelname in
Geen Stijl zal geen verwondering wekken. In de eerste plaats is dit een journalistieke activiteit. Van tenminste even groot belang is dat het een internet activiteit betreft. Het concern is vanuit het eigen basis product “Krant” eveneens hard bezig haar plaats in te nemen die bovendien geld oplevert. Geen Stijl heeft een manier van aanspreken die de reguliere – vaak traditionele - krant lezer niet aanspreekt. Ook de Spits brengt die toon niet in haar redactie. Journalistiek is immers in dit concept op het tweede plan. De Telegraaf ontbeert dus de journalistieke toon om in contact te treden met die zo belangrijke “jonge” doelgroep. Belangrijk voor de omzet van de toekomst. Dat komt nu een reuzen stap dichterbij. De Telegraaf kan nu leren en direct meedelen in het verdienen. Bovendien komt een reservoir schrijvers talent beschikbaar, waarmee ook andere projecten van inhoud kunnen worden voorzien. Als de Telegraaf de ondernemers maar de vrije hand laat, dan is het zonneklaar wat deze strategie oplevert. Winst, op meerdere fronten.

Op korte termijn ook heel duidelijk voor de makers van Geen Stijl!

maandag, maart 20, 2006

David Gilmour in de Heineken Musichal



Zondagavond 19 maart zat ik dankzij, en met, Paul Pekelharing op rij 8 in de HM te kijken en luisteren naar de verrichtingen van David Gilmour. Zoals EMI en Mojo aankondigden “de stem en gitaar van Pink Floyd”. Of dat geholpen heeft valt te betwijfelen. Het was strak uitverkocht, net als de 2e avond. Met Pink Floyd fans, dat spreekt. Gilmour onderneemt de tour ter promotie van zijn nieuwe albun “On an Island”. Journalist Edwin Ammerlaan, naast mij gezeten, wist te vertellen dat het behoorlijk goed verkoopt.
Op het podium stond de helft van Pink Floyd, want Rick Wright “vereerde” David met zijn aanwezigheid. En daar bleef het niet bij, want de legendarische Pink Floyd “hired-hand” op sax Dick Parry was er ook. En wat te denken van een andere gitaarheld Phil Manzanera. Kortom de instrumentele kant van het concert was dik voor elkaar. De HM heeft een goede akoestiek en het geluid klonk als een Pink Floyd klok.

Voor de pauze (!) werd het album gespeeld. Het moet gezegd, het klonk live iets aantrekkelijker dan de cd. Het kabbelt en is voorspelbaar, met een hoog braafheid gehalte. Het enige nummer dat er boven uit rockte schudde de band en publiek wakker. David was niet te beroerd om dat zelf ook te constateren. Het publiek lachte opgelucht. Het is te hopen dat iemand deze cd niet bij zich heeft alleen op een eiland. Je wordt wel zeer op je zelf terug geworpen. Gilmour speelt zijn herkenbare tonen. Wel zeer relaxed. Te, naar mijn smaak. En dat terwijl de man toch ook een flinke hoeveelheid herrie kan produceren (en je dan wel blij maakt).

Na de pauze werd het een stuk meer genietbaar. Shine on you crazy Diamond, een verrassend nummer van Obscured by Clouds “Wot’s …uh the deal”, Het Syd Barrett nummer Dominoes. Een lievig liedje na zijn vertrek uit PF, dat nu dankzij Phil Manzanera een moderne sonische uitvoering kreeg. Manzanera had overigens verder een weinig opvallende, vooral dienende rol. Jammer! Een paar nietszeggende stukken uit de Division Bell periode. Enkele sterke uitvoeringen van Darkside o/t Moon nummers (Breathe, Time, Us and Them) en als afsluiter het klapstuk van de avond; een modern opgepoetste versie van Echoes. Daar kom je voor. De toegiften waren echte ‘crowd pleasers’; Wish you were here en Comfortably numb. Onbegrijpelijk, voor mij, dat het laatste zo populair is. Een echt niets-aan-de-hand stuk van Blokker kwaliteit. Vandaar zeker. Community singing in de Musichal.

Al met al toch een geslaagde avond. Eindelijk Pink Floyd eens echt live gezien. Want Waters en Mason heb ik niet gemist. Dit optreden maakt overigens wel heel nieuwsgierig naar het optreden dat wordt aangekondigd op het Arrow Rock Fesitval, deze zomer, door Rodger Waters. Het zal al snel spannender zijn.

Ook spannend! de David Gilmour girls (luisteren!)

donderdag, maart 16, 2006

Winstdaling Audax !

Uit de Adformatie nieuwsbrief van heden:

Winstdaling Audax
De winst van uitgever Audax is vorig jaar gedaald tot 7,3 miljoen euro. In 2004 behaalde de uitgever nog 10,5 miljoen euro winst. De omzet daalde van 266 tot 257 miljoen euro. Vorig jaar sprak de uitgever de verwachting uit dat de winst in 2005 op hetzelfde niveau als in 2004 zou liggen.Het bedrijfsresultaat daalde met 29 procent tot 11,5 miljoen euro. De uitgever kampt met teruglopende advertentie-inkomsten. De meeste titels kenden ondanks lagere omzetten wel een groeiend marktaandeel, zo benadrukte Audax in een toelichting. ....... ’Audax Publishing kende een lichte teruggang van de advertentieomzetten. Op de lezersmarkt was evenals vorig jaar een geringe teruggang in de omzet waar te nemen........ De teruggang in aantallen had ook een nadelige invloed op Audax Media. Het resultaat uit verkopen van advertenties in 2005 was lager dan in 2004, doordat adverteerders steeds minder geld beschikbaar hebben voor promotionele activiteiten.


Alle zegt; "....of is hier sprake van een Nico van Zetten effect ?"

woensdag, maart 15, 2006

Communicatienieuws Forum 14 maart 2006: Wat is de toekomst voor nrc.next


Dat gebeurt niet iedere dag: de lancering van een betaald dagblad. Vandaag krijgen de NRC-abonnees de eerste editie van nrc.next, morgenochtend ligt nrc.next, PCM's betaalde ochtendkrant voor een jonge doelgroep, voor het eerst in de winkel. De ambitie is 70.000 abonnees over drie jaar. Communicatienieuws benaderde een aantal mensen in het vak met de vraag welke toekomst zij zien voor nrc.next. De respons was enorm en de meningen danig verdeeld.

Als mij deze vraag gesteld was had ik er zeker ook op gereageerd. Vandaar.

De definitie “jonge doelgroep” geeft natuurlijk veel aanleiding tot wenkbrauw fronsen. Een nadere definitie van de kernlezer zou hebben kunnen voorkomen dat er vooral wordt gereageerd in de trant van “jongeren lezen niet meer” en dergelijke. Want die lezers zijn er natuurlijk wel, anders begint een bedrijf als PCM niet aan dit “avontuur”. Wat mij dwars zit, is dat de doelstelling is om de oplage vooral uit abonnementen te laten bestaan. Daar zit bij "jongeren" veel meer het probleem. De NL markt van gedrukte media is de afgelopen jaren langzaam maar zeker aan het kantelen van abonnementen naar losse verkoop. Dat heeft te maken met kosten, keuze vrijheid en beschikbare tijd (om te lezen). Vooral voor jongeren is dit een issue. Ik denk dat nrc next het voorbeeld van Metro en Spits moet volgen om actief de straat op te gaan. Anders is voor die hele brede jongere doelgroep de keus te makkelijk. Je pakt de gratis snelle update aan, in plaats van de gang naar de kiosk te maken en in de rij te gaan staan om af te rekenen.

zondag, maart 12, 2006

Je weet niet wat je hoort gewoon!


Als je van muziek houdt die zich onttrekt aan het alom naar ons uitgezonden Top 40 stramien, dan is er in Nederland niet veel te kiezen. Althans niet als er in de definitie besloten ligt dat die uitzendingen voor een breed - liefst nationaal - publiek toegankelijk zijn. Naar mijn mening zijn er drie kanalen de moeite waard.
  1. Via `het Net` het fantastiche aanbod van VPRO´s 3voor12. Regulier gemaakte programma´s, maar vooral concerten en ook vorproefjes van nieuw verschenen of te verschijnen albums, DJ-sets, te veel om hier te vermelden. Het is een te populaire kreet op dit moment, maar hier gaat echt op `mis ´m niet` !!
  2. Knarsend en krakend Kink FM. Helaas niet in de ether, en dat is een jammerlijke beperking. Qua alternatieve muziek is Kink FM in de meeste stromingen thuis. Dus wil je je eens overvallen voelen door iets heel anders, dan vindt je hier je kans.
  3. Aan het andere eind van het spectrum vinden we Arrow Rock. Echt vaak verrast wordt je er niet met iets nieuws. Maar wel met al die fijne oude nummers die je zelf niet zo vaak meer op de draai tafel legt of in de cd-lade stopt. Geen FM frequentie, maar AM 675 biedt in de auto een prettig alternatief voor de cd-wisselaar, terwijl de non-stop jukebox functie op de luie avond zeer aangenaam is.

Ik nuanceer te vaak om nu aan het bovenstaande nog iets af te doen. En weet, nummer 1 is dat niet voor niets! Lees, luister, kijk, geniet. En als je het met mij eens bent....bedank me maar ;-). Zo niet houd ik mij graag aanbevolen voor een betere tip.

Multi media introductie aanpak Peugeot 107 gewaardeerd.


Het mediabureau Media Planning Nederland initieerde en begeleidt de crossmediale promotie van de nieuwe Peugeot 107 in het Talpa programma (de Tele Novelle) “Lotte”. Activiteit op TV, Internet, radio en wederzijdse promoties zorgen voor de zichtbaarheid. Het is in Nederland vermoedelijk 1 van de eerste voorbeelden van een dergelijke strategische aanpak. Het is te vroeg om te spreken van een doorslaand succes. Duidelijk is wel dat de inspanningen van Peugeot, Talpa en MPN in de online community waardering oogst.

Bijgaand de reacties in Creative Facts en Dutch Cowboys.
Ook NRC ziet wat in Lotte. Is buitengemeen positief, een beetje onverwacht. Is dat goed of slecht nieuws? Eens kijken waar wij over een week of 3 staan.

vrijdag, maart 10, 2006

TV serie tijdens het reclameblok!?

Uit de Molblog http://www.molblog.nl/reacties.php?channel=14&nieuws=1931

Ah, een serie programma's van 1 minuut lengte uitgezonden in reclameblokken.

Zie mijn eerdere bijdrage over de reclame bij Talpa (Het reclame beleid van...).

Naar mijn inschatting zien wij dit fenomeen in Nederland spoedig tegemoet op deze zender.

donderdag, maart 09, 2006

Wordt het wat met Narrow Casting?

Forum Communicatienieuws 28-02-2006:
Er is van alles te doen rondom narrow casting. Bij een recente poging om tot een Joint Industry Committee te komen, liet de BVA weten dat het allemaal een beetje te hard ging. Zó enthousiast zijn adverteerders nu ook weer niet over narrow casting. Of toch wel? Daarom deze week dan ook deze vraag in Communicatienieuws Forum: Wordt het wat met narrow casting?

Deze vraag is mij deze keer niet gesteld, maar in het kader van de actualiteit van discussies over wat consumenten nu wel of niet aankunnen of willen grijp ik het onderwerp graag aan. Als eerste op het net – waar anders – maar eens naar de definitie gezocht. Dat viel nog niet mee, maar het volgende dook op:

Narrow casting is een breedbanduitzending waarbij een specifiek publiek bediend wordt.

Laten we het breedbanddeel even vergeten. Van belang is dat het om een specifiek publiek gaat. Specifiek, daar zegt Van Daele (online) van “karakteristiek, in het bijzonder bij een zaak horend”. Daar hebben wij het dan. En dan luidt mijn wedervraag “wat is er zo specifiek aan de McDonalds bezoeker, de Shell-tanker of de winkelcentrum bezoeker?” Voor het gemak – u vermoedde het al – geef ik ook het antwoord: “niets”. Toevallige verzamelingen personen zonder belangrijk bindende karakteristiek, dat zijn het. Maar op basis van een profiel wordt er al snel iets van gemaakt.


Collega Jaap van Huis gaf in zijn column in een recent nummer van Adformatie reeds een uitgebreid overzicht van mislukkingen uit de afgelopen decennia. Die ga ik hier dus zeker niet herhalen, maar ik volsta met de toevoeging dat die opsomming nog verre van compleet was.

Altijd was er op basis van het profiel van aanwezigen iets moois te zeggen over “een doelgroep”. Een doelgroep die op een plaats samenkwam wat een mooie mogelijkheid tot communicatie bood. Hang een mooi beeldscherm op, vertoon wat lichtgewicht – volstrekt niet betrokken – "content" , en lardeer dat met (liefst veel) commercials van adverteerders.

We weten hoe het met al die initiatieven is afgelopen. Afgelopen. En met een goede reden. Narrow casting is volgens mij namelijk niet gebaseerd op het bestaan van een doelgroep (verzameling mensen op een plek), maar op de interesse van mensen voor informatie die op die plek ter zake doet. Dat geldt dan voor zowel het redactionele- als het advertentie deel. En dat advertentie deel dient dan geen herhaling te zijn van de commercial die ik ook al gisterenavond op TV ben tegengekomen.
Narrow casting op basis van “content” dus, niet op basis van een verzameling mensen. Alleen dat heeft enige kans van slagen. Resteert de vraag of de consument die via zijn mobiele telefoon, palm- of laptop de wereld aan zijn vingers heeft en daarmee absolute controle over wat hij wil weten, zien en horen interesse zal hebben. Als het heel goed gedaan wordt vandaag misschien nog wel. Morgen vrijwel zeker niet meer.

maandag, maart 06, 2006

Music downloading creates listener apathy

Een onderwerp dat nog "borrelde" sinds ik er over las.

Begin januari las ik een bericht over onderzoek met de volgende intrigerende titel: "Music downloading creates listener apathy". Om deze log niet te overladen stel ik voor dat je voor je verder leest eerst even kennis neemt van dat artikel in Fris Licht.

Reden om er op terug te komen is dat ik hier zo mijn eigen mening over heb, die al ver terug gaat. Wel tot het cassettebandjes tijdperk.
Zolang er namelijk de mogelijkheid bestaat om goedkoop of gratis aan een kopie te komen van een stuk muziek, wordt hier tegen geageerd. Natuurlijk door belanghebbenden, de industrie voorop. Betreffende consumenten worden uitgemaakt voor alles wat als onaardig kan worden geclassificeerd. Diefstal voorop, en nu dus ook apathie. Dat laatste op het conto van muziek psycholoog Adam North.

Volgens mij is er echter sprake van een andere indeling: geïnteresseerd versus ongeïnteresseerd. Geïnteresseerde mensen hebben een grote muziek affiniteit (geen genre uitgesloten). Deze categorie, waar ik mijzelf toe reken, heeft een hoge graad van betrokkenheid die zich uit in drang naar kennis (feiten) en nieuwe impulsen (muziek ontdekken). Omdat de meeste mensen niet beschikken over ongelimiteerde fondsen om zich aan hun liefhebberij over te geven - zeker jongeren niet - kan het downloaden (vroeger het kopiëren op een cassette) een nuttige hulp zijn. Voor deze groep is dit echter zeker niet het eindstation. Zo had ik zelf indertijd een flinke hoeveelheid cassettes met daarop kopieën van Lp's van vrienden en kennissen. Alle platen die ik echt goed vond - en ik heb een brede belangstelling - heb ik later alsnog gekocht. Meestal op cd. Ook kocht ik van betreffende artiesten eerder- en later werk. Dus per saldo veel meer dan wanneer ik die muziek niet goed gekend had. Vandaag, met gedownloade MP3’s, functioneert het eigenlijk niet anders. De Arctic Monkeys op het spoor gekomen via net. Toen de CD eind januari beschikbaar kwam heb ik 'm direct gekocht. Ondanks, nee dankzij de download!

Omdat recensenten de neiging hebben om de meeste besproken releases te voorzien van hoge kwalificaties, is de beschikbaarheid van muziek via downloads voor de echt geïnteresseerde een zegen. Het stelt je in staat verantwoorde keuzes te maken en daardoor eerder over te gaan tot aanschaf. Wat je uiteindelijk de moeite niet waard vindt koop je niet en luister je vermoedelijk ook nooit meer. Niks "apathie" dus, maar "high involvement" van deze groep.Zij beschikken meestal over een uitgebreide collectie.

Daarnaast is er dus een groep van niet of nauwelijks in muziek geïnteresseerde mensen. En die is helaas - helaas voor iedereen - veel groter dan de groep liefhebbers. Deze groep gaat voor "the catch of the day" en bepaalt met dat gedrag sinds jaar en dag de samenstelling van de Top-40. Deze luisteraar komt vrij gemakkelijk aan het muzikale gerief via de radio (vandaar dat die bijna allemaal het zelfde suffe "format" programmeren). Als zij vroeger een song echt leuk vonden kochten zij het singletje. Zeker niet het album. Later kochten zij - o-zo-makkelijk - de Top-40 cassette bij het benzine station (veel goedkoper dan de verzamel LP/CD). Vandaag downloaden ze de MP3 en branden die op een cd. Na enige tijd treedt verveling op, en download men een nieuwe song. Dat is in mijn optiek geen apathie, maar desinteresse. En zo is het altijd geweest. Kijk maar naar de muziek collectie van je kennissenkring!

De muziek industrie schermt altijd met de enorme inkomsten derving door kopiëren en downloaden. Mijn stelling is echter dat die claim zwaar overtrokken is. Alle mensen die het aan betrokkenheid ontbreekt, zouden muziek bij het ontbreken van mogelijkheden muziek "gratis" te verkrijgen namelijk echt niet kopen. Zeker niet in dezelfde hoeveelheid als zij nu downloaden.
Natuurlijk speelt de prijs die je voor muziek moet betalen ook een rol, maar daarover een andere keer.

Ik ontdekte dat een andere groep die zich "betrokken" voelt en ook enkele aardige reacties geeft. Bijvoorbeeld over die beste Pete Townshend. Die vindt
je hier.

vrijdag, maart 03, 2006

All Music Guide


Op het net vindt je een oneindige hoeveelheid mogelijkheden om wat dan ook te weten te komen over muziek. Voor de liefhebber van een echt uitgebreide encyclopedie is de All Music Guide een goudmijn. Onmisbaar in de betekenis van dat woord. Vandaar de prominente link, hier links.

donderdag, maart 02, 2006

“The name of this man is Surco Bakker”

Iedereen heeft zijn hang-ups. Ik ben geen uitzondering. Al vanaf het begin zit dit stukje in mijn vingertoppen. Ik was nooit van de ingezonden brieven, maar "Now is the time".



Een mooie parafrase op de standaard aankondiging die David Byrne ooit gebruikte om zijn band en zijn songs aan te kondigen. De songs waren prachtig, de aankondigingen bijzonder saai. Voor de goede orde, Bakker heet Sikke van voren. Surco is zijn muze. Vandaar. Varianten op zijn werkelijke (sic) voornaam zijn te flauw. Genoeg hierover.

Ik ken Sikke al heel lang, hoewel niet bijzonder goed. De kennis was vooral van zakelijke aard, maar in die hoedanigheid vond ik hem een aimabel mens. Ik prijs mij gelukkig. Want zou ik Sikke alleen kennen van de columns die hij, sinds zijn vermoedelijk vervroegde uittreding, met enige regelmaat in Adformatie publiceert, dan is dat moeilijk voor te stellen.
In die columns heeft Sikke een persoonlijke strijd met de mediawereld aangebonden over het onderwerp Surco. Een afkorting van "Sur-Commission”, wat "geld onder tafel" impliceert. Een activiteit die plaats heeft tussen de media eigenaar en degene die uit opdracht van een adverteerder tussen de twee bemiddeld, in veel gevallen het mediabureau. Het gaat veel te ver om hier de honorering structuur tussen adverteerder en mediabureau uit de doeken te doen. Waar het om gaat is dat Surco een niet transparante geldstroom is tussen media en mediabureau. Waar de adverteerder dus geen weet van zou hebben. En deze oneigenlijke beloning zou de adviserende bemiddelaar er toe aanzetten op oneigenlijke gronden budget onder te brengen bij die media eigenaar die het meeste onder de tafel door schuift.
Het is een raadsel wie of wat Sikke heeft verleid om, eenmaal in ruste, als een moderne Don Kyshot ten strijde te trekken tegen dit fenomeen. De eer komt hem toe een paar jaar geleden de knuppel met donderend geraas in de porseleinkast te hebben gesmeten. Het offensief leidde in zijn ‘eigen’ Adformatie zelfs tot een “rondje langs de vakgenoten” en werkelijk journalistiek aandoende openingen op de voorpagina. Ook het NUV zette hoog in. Deze misstand moet de wereld uit. Een “JIC No Surco” werd in het vooruitzicht gesteld.
De stilte aan adverteerder zijde was oorverdovend.
Een goede verstaander heeft aan een dergelijk nadrukkelijke reactie genoeg.
“Case closed”. Helaas is Sikke, en eerlijkheidshalve hem niet alleen, daar iets ontgaan. Hij blijft het dode paard ranselen in de hoop dat de eindstreep toch in zicht komt. Dat resulteert in columns die, welke invalshoek hij ook kiest, nooit aan de
S-zaak voorbijgaan. Dat leidt er toe dat de aantrekkelijkheid van zijn teksten vooral is gelegen in het ontdekken waar, en op welke wijze, het opduikt.
Sikke heeft een rijke carrière in de media wereld achter de rug. Hij vertegenwoordigde belangrijke uitgevers als Readers Digest en de Weekbladpers. Hij speelde belangrijke rollen in media onderzoek, vooral ten tijde van de oprichting van Summo. Met die ervaring verwacht je Sikke in de rol van weloverwogen “éminence grise”. Nu bestaat het gevaar dat hij straks wordt herinnerd als Surco B.
Sikke, het is nog niet te laat.